Juni. De maand waarin traditioneel de afstudeeropdrachten worden afgerond en veel studenten voor het eerst als werknemer aan de slag gaan bij een accountantskantoor. De maand ook waarin kantoren en studenten bepalen hoe het vervolgtraject na de bacheloropleiding eruit gaat zien. Meteen de theorie-opleiding vervolgen, ook al op korte termijn met de praktijkopleiding starten of eerst toch maar eens even een jaartje werken?
Dit jaar komt er nog een belangrijke vraag bij. Gaat de medewerker kiezen voor de opleiding ‘oude stijl’ of stroomt de medewerker in in de opleiding ‘nieuwe stijl’. Onderstaand elf veel gestelde vragen.
- Wat zijn de voordelen van de postbachelor AA-Accountancy MKB?
De postbacheloropleiding AA-Accountancy MKB is daadwerkelijk gericht op de praktijk van de MKB-accountant. Advisering, fiscaliteit en IT spelen een belangrijke rol in de opleiding. Daarnaast komt uiteraard het samenstellen van de jaarrekening uitgebreid aan bod. Ook assurance ontbreekt niet de opleiding, maar dan wel in aansluiting op het profiel van de MKB-accountant. Niet de jaarrekeningcontrole maar de overige assurance staat centraal.De opleiding kent sterke integratiemogelijkheden met de praktijkopleiding. Hierdoor kan er van daadwerkelijke synergie sprake zijn. - Wat zijn de voordelen van de postbacheloropleiding AA ‘oude stijl’?
Het belangrijkste voordeel van de postbacheloropleiding AA ‘oude stijl’ is dat deze een certificerende bevoegdheid geeft voor de wettelijke controle van de jaarrekening. Hoewel het natuurlijk maar de vraag is in hoeverre dat daadwerkelijk als een voordeel gezien kan worden. In vergelijking met de postbacheloropleiding ‘nieuwe stijl’ is de opleiding bovendien korter (en dus goedkoper) en vooral theoretisch van aard. Hierdoor is de opleiding goed te volgen is los van de dagelijkse werkpraktijk. - Wat zijn de nadelen van de postbacheloropleiding AA-Accountancy MKB?
De postbacheloropleiding Accountancy-MKB kent een langere duur dan de opleiding ‘oude stijl’ en daarom zijn de kosten hoger. Door de integratie tussen theorie en praktijk is het ook lastig om de opleiding nog te volgen in een andere werkomgeving dan die van een accountantskantoor dat zich richt op het MKB. - Wat zijn de nadelen van de postbacheloropleiding AA ‘oude stijl’?
De postbachelor AA ‘oude stijl’ is gebaseerd op de eindtermen uit 2008. Deze set eindtermen is gericht op de ‘wettelijke controleur’ en is – met uitzondering van een specifieke toevoeging voor de AA-accountant in de ‘MKB-paragraaf’ identiek voor AA en RA. De focus in de postbacheloropleiding ligt sterk op de wettelijke controle en niet op de adviesfunctie van de MKB-accountant. In evaluaties geven studenten werkzaam in de MKB-praktijk altijd aan dat de opleiding weinig tot geen toegevoegde waarde heeft voor de MKB-praktijk. Indien de student niet op korte termijn instroomt in de praktijkopleiding kan er bovendien sprake zijn van deficiënties als de theoretische opleiding ‘oude stijl’ gecombineerd wordt met de praktijkopleiding ‘nieuwe stijl’. - Hoe ziet de nieuwe praktijkopleiding eruit?
De praktijkopleiding blijft 3 jaar. Een verandering wordt wel dat de maximale termijn van 9 naar 7 jaar wordt teruggebracht.
De huidige praktijkopleiding AA kent een viertal kritische beroepssituaties: Situaties van assurance, van aan assurance verwant, van fiscale dienstverlening en van adviesopdrachten. De nieuwe praktijkopleiding Accountancy-MKB wordt ingericht volgens een vijftal werkdomeinen:
• de overige assurance werkzaamheden;
• de samenstelpraktijk in samenhang met de (financiële) rapportage en fiscale dienstverlening;
• strategische bedrijfsvoering: fiscale advisering;
• strategische bedrijfsvoering: bedrijfseconomische advisering;
• strategische bedrijfsvoering: interne beheersing en IT.Deze werkdomeinen dienen in de nieuwe praktijkopleiding alle vijf te worden afgerond.
Niet alleen de inhoud van de praktijkopleiding verandert. Dat geldt ook voor de toetsvormen en verplichte activiteiten. De halfjaarlijkse gespreksverslagen en de essays blijven ook in de nieuwe praktijkopleiding bestaan. De verplichte cursus communicatieve vaardigheden wordt vervangen door een verplicht trainingsprogramma waarin de opleider meer vrijheid krijgt om er invulling aan te geven. Daarnaast moet de trainee deelnemen aan intervisiegroepen. In deze intervisiegroepen zal de trainee met mede-trainees allerlei problemen en dilemma’s bespreken waar hij in de praktijkopleiding tegen aan loopt. Aan het einde van de praktijkopleiding neemt de trainee deel aan een referaatgroep. In deze referaatgroep staat het uitvoeren en presenteren van een adviesopdracht centraal. Al deze elementen lenen zich uitstekend voor een integratie met de theorie-opleiding.
De opleiding wordt afgerond met een mondeling slotexamen. Belangrijk is dat dit examen niet langer dan vijf jaar na afronding van de theoretische opleiding moet worden afgelegd. - Hoe ‘herken’ ik of er sprake is van een postbacheloropleiding AA ‘oude’ stijl of AA-Accountancy MKB?
De postbachelor ‘oude stijl’ bestaat uit de vakken Audit & Assurance A en B, Externe Verslaggeving, Bestuurlijke informatieverzorging en Corporate Governance en duurt 1 jaar. De postbacheloropleiding ‘nieuwe stijl’ bestaat uit de onderdelen Assurance, Samenstellen, IT, Belastingrecht en Advisering en duurt (nominaal) 2 jaar. Op de website van de diverse aanbieders kunt u nagaan of er sprake is van een opleiding ‘oude stijl’ of ‘nieuwe stijl’. - Wat zijn de kosten van de postbacheloropleiding AA-Accountancy MKB nieuwe stijl in vergelijking met de postbacheloropleiding AA ‘oude stijl’?
De opleidingen die deel uitmaken van het AC-scholenoverleg hebben landelijk afgesproken dat de postbachelor nieuwe stijl 60 ec in plaats van 30 ec omvat, gaat de duur van nominaal één naar twee jaar. Dit vertaalt zich uiteraard terug in de opleidingskosten. De kosten voor beide opleidingen liggen (exclusief examengeld en exclusief literatuur) in de grootte orde van € 4.000 per jaar. - Tot wanneer kunnen studenten hun opleiding AA ‘oude stijl’ afronden?
De Commissie Eindtermen Accountantsopleiding heeft een overgangsregeling opgesteld die door de opleiders (zowel theorie als praktijk) nader ingevuld moeten worden. De kaderregeling van CEA houdt in dat de theorie-opleiding uiterlijk in 2019 en de praktijkopleiding uiterlijk in 2021 moet zijn afgerond wil de afgestudeerde zich nog in kunnen schrijven als AA met certificerende bevoegdheid voor de jaarrekening. Opleidingsinstellingen zijn echter niet verplicht om tot de door CEA vastgestelde einddatum de opleiding ‘oude stijl’ aan te blijven bieden. - Kunnen studenten overstappen van ‘oude stijl’ naar ‘nieuwe stijl’?
De overgangsregeling van CEA moedigt het overstappen van ‘oude stijl’ naar ‘nieuwe stijl’ aan. Kortgezegd houdt de regeling in dat tot 1 september 2017 studenten ‘zonder aanvullende deficiënties’ kunnen overstappen van ‘oude stijl’ naar ‘nieuwe stijl’. Studenten die na 1 september 2017 overstappen moeten volledig aan de eisen van de nieuwe stijl voldoen.
De verschillenen worden goed zichtbaar als gekeken wordt naar de overstapregeling die de Raad voor de Praktijkopleidingen heeft vastgesteld. Trainees die tussen 1 september 2016 en 1 september 2017 overstappen hoeven geen referaat te houden, geen deel te nemen aan de intervisiegroepen en kunnen volstaan met het huidige trainingsprogramma communicatieve vaardigheden. - Kunnen studenten een ‘oud’ theoretisch getuigschrift combineren met de nieuwe praktijkopleiding?
Tot 1 september 2017 kunnen studenten gebruik maken van de overgangsregeling in de praktijkopleiding en is er geen sprake van aanvullende theoretische deficiënties. De Raad voor de Praktijkopleidingen kan deficiënties vaststellen voor trainees die na 1 september 2017 instromen en een theoretisch getuigschrift ‘oude stijl’ hebben. - Hoe kies ik de juiste opleiding?
Eigenlijk is dit een verkeerde vraag. Want wie is ‘ik’? De student of de verantwoordelijk medewerker van het kantoor? Een betere vraag is: ‘hoe kiezen wij de juiste opleiding’?
Belangrijk is dat de criteria op basis waarvan gekozen wordt, helder worden gemaakt. Welke rol spelen bijvoorbeeld de kosten? En welke rol speelt de toegevoegde waarde die de opleiding heeft voor de werkpraktijk? Een goedkope opleiding die weinig tot niets oplevert levert immers minder rendement op dat een duurdere opleiding met een hogere toegevoegde waarde.
De keuze moet aansluiten bij het beleid van het kantoor en de wensen die het kantoor aan de opleiding stelt. Dat zou, in het gesprek tussen medewerker en organisatie, het belangrijkste criterium moeten zijn.
Op 6 juli organiseert Full•Finance Opleidingen een voorlichtingsbijeenkomst voor (aankomend) studenten over de AA-opleiding Accountancy MKB
Geef een reactie