De Tweede Kamer heeft dinsdag ingestemd met het wetsvoorstel van minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties dat een halt moet toeroepen aan het misbruik van de Wob.
Als een bestuursorgaan niet op tijd een beslissing op een aanvraag of bezwaar neemt, heeft de burger recht op een geldbedrag (Wet dwangsom). Dit kan oplopen tot 1.260 euro. Er zijn echter mensen en zelfs kleine bedrijfjes die hier misbruik van maken in de hoop dat het verzoek over het hoofd gezien wordt en geld geïnd kan worden.
Deze valse Wob-verzoeken kosten de overheid jaarlijks tussen de 8 en 14 miljoen aan afhandeling. Dit bedrag staat nog los van verbeurde dwangsommen.
Met het wetsvoorstel worden Wob-verzoeken uitgezonderd van de Wet dwangsom. Dat betekent niet dat bestuursorganen niet meer op tijd hoeven te reageren op een aanvraag of bezwaar. Bestuursorganen blijven verantwoordelijk voor een tijdige beslissing op het Wob-verzoek. Gebeurt dat niet dan blijft de mogelijkheid voor de burger bestaan om een rechtstreeks beroep te doen op de rechter.
Geef een reactie