Nederland benut onvoldoende het werkpotentieel van werknemers van 55 jaar en ouder, waardoor we zo’n 48 miljard mislopen wat betreft ons Bruto Nationaal Product (BNP). Dat blijkt uit de jaarlijkse Golden Age-index van accountants- en advieskantoor PwC.
Als alle 34 OESO-landen hun beroepsbevolking tussen de 55 en 69 jaar naar het Zweedse arbeidsparticipatieniveau brengen (75,5 procent), zou dit ruim 1.700 miljard euro opleveren, aldus PwC.
Lage arbeidsparticipatie
Nederland staat in de index op de 22e plek. Volgens hoofdeconoom Jan Willem Velthuijsen komt dat omdat Nederland kampioen deeltijdwerken. Velthuizen stelt dat onze arbeidsparticipatie lager is dan de landen om ons heen, wat deels verklaarbaar zou zijn door de kwaliteit van ons pensioensysteem: “We kunnen gewoon eerder stoppen met werken in Nederland. De lage participatie is een gevolg van onze welvaart. Omgekeerd blijft de economische kracht van ouderen grotendeels onbenut en die kant van de medaille wordt door de vergrijzing steeds ernstiger.”
Langer leven – langer werken
De PwC-econoom vindt dat de 22e plek niet iets is om trots op te zijn. Hij benadrukt dan ook dat sommige aspecten zullen moeten veranderen. “We leven langer en moeten ook langer werken, om onder andere de oudedagsvoorziening veilig te stellen. Dat stelt met name oudere werknemers voor een grote uitdaging. Training en omscholing voor werkenden staat in Nederland in de kinderschoenen en deelname van oudere medewerkers hieraan is relatief laag. Bovendien is het Nederlandse bedrijfsleven huiverig om ouderen aan te nemen. Ze worden gezien als duur, niet flexibel en met een hogere kans op uitval”, aldus Velthuijsen.
Geef een reactie