Dankzij de topsectorenaanpak zijn bedrijven, kennisinstellingen en de overheid nauwer met elkaar gaan samenwerken. Dit heeft de concurrentiepositie van het Nederlands bedrijfsleven verstevigd. Door private en publieke middelen gerichter in te zetten, wegen de voordelen van de topsectorenaanpak op tegen de investeringen. Dit (en meer) concludeert onderzoeksbureau Dialogic, dat de effecten van de topsectorenaanpak evalueerde.
Minister Kamp: ‘In de nu bijna afgelopen kabinetsperiode is veel geïnvesteerd in de samenwerking binnen de meest belangrijke sectoren van de Nederlandse economie zoals Chemie, High Tech, Energie en Agri&Food. Uit een externe evaluatie blijkt dat deze zogenaamde topsectorenaanpak effectief en doelmatig is. Nederland werd innovatieleider in de EU en op drie na de meest concurrentie-krachtige economie van de wereld.’
Voortzetting beleid nodig
Kamp vervolgt: ‘Maar het kan altijd nog beter. Onze investeringen in R&D liggen met 2 procent van het bruto binnenlands product weliswaar iets boven het Europese gemiddelde, maar om onze sterke positie in de wereld vast te houden moeten we doorgroeien naar 2,5 procent. Ik hoop dat het nieuwe kabinet het topsectorenbeleid zal voortzetten en de investeringen in research & development zal verhogen. Zo kunnen we onze welvaart en werkgelegenheid ook op lange termijn veiligstellen.’
De afgelopen vijf jaar stonden in het teken van het organiseren van samenwerking, privaat en publiek commitment en uitwerking van gezamenlijke ambities en programma’s. De volgende stap zijn de maatschappelijke uitdagingen op het gebied van veiligheid, klimaat, energie en gezondheid.
Geef een reactie