KPMG mag niet meer meedoen aan het onderzoek naar de brand in de Britse Grenfell-woontoren. Die kostte in juni vorig jaar aan 71 mensen het leven. Reden daarvoor is dat de klantenkring van KPMG enkele bij de bouw en renovatie van de toren betrokken organisaties telt.
Direct na de brand kwam er kritiek op de beveiligingsmaatregelen die bij de bouw van de toren waren getroffen. Om boven water te krijgen hoe de brand kon ontstaan en zich zo snel kon verspreiden, is een onderzoekscommissie ingericht. Die heeft KPMG ingeschakeld als adviseur.
Accountant van fabrikant en aannemer
De rol van KPMG is echter ter discussie komen te staan: er zou sprake zijn van belangenverstrengeling. Volgens The Guardian is besloten om de samenwerking te verbreken na uitingen van bezorgdheid bij “belangrijke deelnemers”. Daarmee wordt gedoeld op een open brief van 71 organisaties en prominenten, onder wie parlementsleden en academici, die premier Theresa May afgelopen weekend opriepen de adviesrol van KPMG te beëindigen. Belangrijkste bezwaar was dat KPMG de accountant is voor het moederbedrijf van Celotex. Dat is de producent van het isolatiemateriaal dat bij de bouw van de Grenfell-toren is gebruikt. Bovendien telt de klantenkring ook the Royal Borough of Kensington and Chelsea – het stadsdeel waar de toren stond – en Rydon Group, de aannemer die renovatiewerkzaamheden aan de woontoren heeft uitgevoerd.
Puur operationele ondersteuning
KPMG zegt ervan overtuigd te zijn dat er geen tegenstrijdige belangen zijn. “Maar we realiseren ons dat de sterke meningen over onze rol het vertrouwen in het onderzoek kunnen ondermijnen. We hebben daarom in overleg met de commissie besloten dat we onze activiteiten voor het onderzoek met onmiddellijke ingang neerleggen.” KPMG benadrukt dat de rol puur operationeel was en gericht op projectmanagement. “Wij hadden geen taak in het inhoudelijk adviseren over het onderzoek.” Het bedrijf zegt de al uitgevoerde werkzaamheden niet in rekening te zullen brengen.
Geef een reactie