Als een werkgever failliet gaat zou het pensioenfonds de achterstallige pensioenpremies moeten aanvragen bij het UWV en niet de werknemer zelf. Daarvoor pleiten de Pensioenfederatie en de Stichting van de Arbeid in een brief aan minister Koolmees van Sociale Zaken.
Nu moet elke werknemer dat afzonderlijk doen. Maar vaak gebeurt dit niet, bijvoorbeeld omdat de procedure als te ingewikkeld wordt beschouwd of omdat de werknemer hier niet goed van op de hoogte is.
Recht op premiebetaling
Bij een faillissement van een bedrijf, heeft de werknemer recht op het betalen van de premie vanaf het moment dat een betalingsachterstand is ontstaan tot het moment dat het bedrijf failliet is, met een maximumduur van een jaar. De werknemer moet dit op basis van de Werkloosheidswet (artikel 61) zelf aanvragen bij UWV.
Veel werknemers vergeten echter om de aanvraag voor betaling van de pensioenpremie bij het UWV te doen.
Uit navraag blijkt dat soms nog geen 1/3e deel van de mensen die hun baan kwijt is geraakt als gevolg van faillissement daadwerkelijk een aanvraag voor premiebetaling door het UWV doet.
Oplossing
Een eenvoudige oplossing hiervoor is om de aanvraag voor de gemiste premie niet door de deelnemer te laten doen maar door het pensioenfonds zelf.
Het pensioenfonds dient dan namens alle werknemers de aanvraag in bij het UWV. Naast het feit dat de pensioenpremies dan alsnog binnen komen, hebben werknemers ook een administratieve last minder.
Brief ‘Veel premie ontbreekt bij faillissement’ van Pensioenfederatie en Stichting van de Arbeid
Geef een reactie