
Een voormalig directeur van Dierenasiel Almere werd in de media in verband gebracht met financieel wanbeheer, waarna de gemeente PwC inschakelde om onderzoek te doen. Het rapport bleef geheim, maar de inmiddels vertrokken directeur probeert via de rechter openbaarmaking af te dwingen, om zo zijn naam te zuiveren. Daarmee boekte hij eerder deze maand een klein succesje. De rechtbank Midden-Nederland oordeelde dat de gemeente Almere onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de geheimhouding van het rapport niet opgeheven kan worden.
Onderzoek PwC
De zaak kwam aan het rollen in 2017, toen verschillende media berichtten over financiële tekorten bij het Flevolandse asiel. Een oud-medewerker betichtte het bestuur van wanprestaties. De gemeente Almere liet de kwestie onderzoeken door PwC. Het accountantskantoor kwam in 2018 met een rapport, waarin werd geconcludeerd dat het dierenasiel een schuld van ruim acht ton had opgebouwd door de voormalig directeur. De man had volgens PwC diensten en producten voor het asiel ingekocht bij bedrijven waarvan hij zelf aandeelhouder was, meldt Omroep Flevoland.
Wob-verzoek
Het college van B&W in Almere bestempelde de inhoud van het rapport als vertrouwelijk. De voormalige directeur wil het stuk echter inzien, omdat hij probeert aan te tonen dat de financiële problemen niet aan hem te wijten zijn. In oktober 2020 diende hij daarom bij het college een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) in waarin hij verzocht om openbaarmaking van het rapport van PwC. Het Almeerse college besloot echter de geheimhouding op grond van artikel 55 van de Gemeentewet te handhaven.
Oordeel rechtbank
De rechtbank komt nu tot de conclusie dat het college niet voldoende heeft gemotiveerd waarom de geheimhouding van het rapport en de bijlagen niet opgeheven kan worden. Er is niet per document dan wel documentsdeel toegelicht welke belangen van artikel 10 van de Wob in de weg staan aan opheffing van de geheimhouding. Volgens vaste rechtspraak moet het college dat wel doen. De rechtbank heeft enkele voorbeelden gegeven van documentsdelen die zonder nadere motivering niet vallen onder de reikwijdte van de drie door het college genoemde belangen van artikel 10 van de Wob.
Nieuw besluit
Of dat tot het door de directeur gewenste resultaat leidt moet nog worden afgewacht. Het Almeerse college van B&W moet van de rechtbank een nieuw besluit nemen over openbaarmaking van het PwC-rapport, waarin per documentsdeel wordt toegelicht welk belang van toepassing is. Daarbij zal het college opheffing van de geheimhouding voor bepaalde documentsdelen wel kunnen weigeren omdat anders de privacy van anderen in het geding is of – als het om bedrijven gaat – sprake kan zijn van onevenredige benadeling voor die bedrijven. De rechtbank ziet echter zonder nadere motivering niet dat openbaarmaking van het rapport en van de bijlagen een ongewenst inzicht zouden kunnen geven in de financiële positie van het college. Een nieuw te nemen besluit zal verder genomen moeten worden op grond van de belangen van artikel 5.1 van de Wet open overheid in plaats van artikel 10 van de Wob.
Geef een reactie