De NBA heeft een Alert opgesteld waarin zij verduidelijkt per wanneer een oob wordt geacht van accountantsorganisatie te wisselen. In de Alert is onder meer een schema kantoorroulatie opgenomen.
In artikel 17 van EU-Verordening nr. 537/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende specifieke eisen voor de wettelijke controles van financiële overzichten van organisaties van openbaar belang zijn eisen gesteld aan de maximumduur van een controleopdracht. Kort gezegd komt het er op neer dat wanneer geen gebruik wordt gemaakt van lidstaatopties om de periode te verlengen, een auditkantoor (in de Nederlandse situatie: accountantsorganisatie) gedurende maximaal tien aaneengesloten boekjaren de wettelijke controle van een organisatie van openbaar belang (oob) mag uitvoeren. Daarna mag de accountantsorganisatie de wettelijke controle bij deze oob gedurende een afkoelingsperiode van vier boekjaren niet uitvoeren. In artikel 41 van de Verordening is een overgangsbepaling opgenomen voor de implementatie van deze regelgeving.
In Nederland heeft de Tweede Kamer besloten haar eigen wetgeving op het gebied van roulatie in te trekken en volledig aan te sluiten bij de Europese Verordening.
Alert 38
Naar aanleiding van vragen van oob’s en accountantsorganisaties over de maximum duur van een controleopdracht heeft de NBA besloten een alert op te stellen. In de alert 38 geeft de beroepsorganisatie verduidelijking over per wanneer een oob wordt geacht van accountantsorganisatie te wisselen. De NBA heeft voor de alert gebruik gemaakt van de Europese Verordening en van een tweetal uitingen van de Europese Commissie. De eerste uiting betreft de brief van Directeur-Generaal voor de Interne Markt en Diensten Jonathan Faull, gedateerd 2 september 2014 (bijlage 2 in de alert)). De tekst van de tweede uiting betreft een reactie van Eurocommissaris Lord Hill namens de Europese Commissie op een vraag van Europees Parlementslid Kay Swinburne (bijlage 3 in de alert).
Geef een antwoord