De Nederlandse staat heeft besloten ASR te verkopen. De verzekeraar kwam in 2008 in handen van de overheid door de aankoop van Fortis/ABN AMRO, waarvan ASR onderdeel was. De verwachting is dat ASR in de eerste helft van 2016 de beurs op gaat.
Dat blijkt uit een Kamerbrief waarin minister Dijsselbloem van Financiën de Eerste en Tweede Kamer informeert over de verkoopplannen voor verzekeraar ASR Nederland.
ASR is in 2008 in handen van de staat gekomen door de aankoop van Fortis/ABN AMRO Nederland. Dat was op dat moment noodzakelijk om de stabiliteit van het Nederlandse financiële stelsel te garanderen. De overheid nam daarbij alle Nederlandse delen van het Fortis-concern over. Bij de verwerving van ASR heeft de staat al aangegeven dat de verzekeraar op termijn weer zou worden verkocht. De verzekeraar voldoet nu aan de drie voorwaarden die de overheid heeft gesteld om een financiële instellingen in handen van de staat te verkopen: een stabiele financiële sector, voldoende geïnteresseerde kopers en de onderneming moet er zelf klaar voor zijn. De stichting administratiekantoor beheer financiële instellingen (NLFI) concludeert dat sprake is van voldoende stabiliteit. Investeerders blijken meer interesse in aandelen te hebben dan de afgelopen jaren. Ook ASR zelf is klaar voor verkoop. De verzekeraar heeft zich de afgelopen jaren voorbereid op een verkoop en heeft een sterke positie in de Nederlandse verzekeringsmarkt.
Beursgang
De beursintroductie van ASR is volgens Dijsselbloem mogelijk vanaf de eerste helft van 2016. De staat verkoopt de aandelen stapsgewijs. Dijsselbloem wil bij de beursintroductie een minderheid van de aandelen verkopen. De exacte omvang hiervan is onder meer afhankelijk van de interesse en prijs op dat moment. Of er gebruik gemaakt zal worden van zogenoemde ‘cornerstone investeerders’ die vooraf willen investeren, zal later worden besloten. Als er zich tijdens de voorbereiding van de beursgang alsnog een partij meldt met een serieus onderhands bod op ASR, beoordeelt minister Dijsselbloem op dat moment of dit een alternatief is.
Verkoopprijs en bescherming
Dijsslebloem schrijft in de KamerbriefHet dat het aan ASR en NLFI is om een optimale verkoopprijs te realiseren. De staat betaalde voor ASR 3,65 miljard euro. De rentelasten bedragen tot op heden circa 700 miljoen euro. Er is tot en met 2014 circa 400 miljoen euro aan dividend ontvangen. Voor de bescherming kiest Dijsselbloem voor een stichting continuïteit, een constructie die gebruikelijk is in de markt. Hij is het met NLFI eens dat er geen reden is om aan te sluiten bij de bescherming die is gekozen bij ABN AMRO, namelijk certificering. Bij ABN AMRO ligt de beoordeling van de verklaring van geen bezwaar (vggb) die nodig is voor het effectief maken van de beschermingsconstructie bij de ECB. Voor ASR ligt deze bij DNB, die bekend is met een dergelijke constructie.
Geef een reactie