Bijna 73 jaar na de Duitse capitulatie en met een steeds geringer aantal overlevenden is de Nederlandse regering eindelijk bereid een oplossing te zoeken voor het fiscale nadeel dat oorlogsslachtoffers ervaren die van de Duitse overheid een zogeheten ‘getto-uitkering’ ontvangen.
Staatssecretaris Menno Snel van Financiën heeft dat toegezegd. Hij zei afgelopen najaar nog dat hij geen uitzondering kon maken voor de fiscale behandeling van de Duitse uitkering die joden krijgen voor werk dat zij tijdens de Tweede Wereldoorlog in getto’s hebben verricht. Verder zou er een precedentwerking van uitgaan naar andere bijzondere uitkeringen, met verstrekkende budgettaire gevolgen voor de overheid. In een brief aan de Tweede Kamer schrijft de staatssecretaris nu dat hij zoekt naar een oplossing voor deze ‘bijzondere groep gerechtigden’. Hij belooft de Kamer dit voorjaar nader te informeren.
Overige inkomsten
Ongeveer 150 Nederlanders krijgen de getto-uitkering. De uitkering zelf is belastingvrij. Maar ze telt wel mee bij het vaststellen van het belastingtarief dat geldt voor de overige inkomsten van de ontvangers. Datzelfde geldt voor de premies volksverzekeringen, de inkomensafhankelijke zorgbijdrage en het recht op inkomensafhankelijke toeslagen. Tweede Kamerlid Martin van Rooijen van 50Plus dringt er op aan dat de kwestie voor 4 mei, Dodenherdenking en de datum van de Duitse capitulatie, is opgelost.
Smartengeld
Hoogleraar belastingrecht en voormalig CDA-senator Peter Essers had al een oplossing op zak. Hij schreef in het Weekblad Fiscaal Recht dat de uitkering als smartengeld moet worden beschouwd en als zodanig niet onder de inkomstenbelasting hoort te vallen.
Geef een reactie