Er bestaat geen wettelijke basis voor de verplichting om eHerkenning te gebruiken voor het doen van de aangifte loonheffingen. Dit besliste Rechtbank Gelderland onlangs. Hier zijn direct Kamervragen over gesteld, die de staatssecretaris inmiddels al heeft beantwoord. Wat er nu gebeurt, is interessant: de Belastingdienst gaat namelijk niet in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank. Wat zit hierachter?
Is de Belastingdienst het eens met deze uitspraak van Rechtbank Gelderland en wordt daarom afgezien van hoger beroep? Dat lijkt hier niet aan de orde te zijn. De belangrijkste reden waarom de Belastingdienst niet in hoger beroep gaat, is het ontbreken van een financieel belang in de betreffende zaak. Er is namelijk geen loon betaald waar loonheffing op ingehouden is, die vervolgens weer op aangifte moest worden afgedragen.
Visie staatssecretaris
De staatssecretaris voert aan dat deze uitspraak geen richtlijn is voor de praktijk. Hij is van mening dat er juist wél een wettelijke grondslag is voor het gebruik van eHerkenning bij het doen van aangifte voor de vennootschapsbelasting, loonbelasting en omzetbelasting via Mijn Belastingdienst zakelijk. Voor de noodzaak van eHerkenning verwijst de staatssecretaris naar de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de Verordening (EU) nr. 910/2014 (de zogeheten eIDAS-verordening). Als inlogmiddel heeft eHerkenning (op niveau 3) het vereiste niveau van beveiliging.
Deze wettelijke vereisten, in combinatie met de vergoeding van € 24,20 die gehanteerd wordt als compensatie in de kosten van eHerkenning, maken dat de staatssecretaris nu ook geen redenen ziet om het doen van aangifte (weer) op een andere wijze mogelijk te maken.
En nu?
De Belastingdienst blijft hiermee stellig bij zijn ingenomen standpunt: eHerkenning is het aangewezen middel om aangifte te doen. Zie ook mijn reactie hierop in mijn voorgaande artikel ‘eHerkenning een verplichting?’. Laten we de focus echter ook even verschuiven naar de inhoudingsplichtige werkgever uit de procedure. Zou deze werkgever in de maand december (net als in november) ook geen aangifte hebben gedaan? December is tenslotte de maand waarin er wel loon is betaald aan de DGA.
Meerdere scenario’s
Wanneer je hierover nadenkt, kunnen zich drie scenario’s hebben ontrold:
- Scenario 1: als de werkgever geen aangifte heeft gedaan, maar de ingehouden loonheffingen wel zijn afgedragen, dan zal de Belastingdienst een naheffingsaanslag opleggen. Deze naheffingsaanslag zal ter grootte zijn van het afgedragen bedrag. Zo wordt de afdracht administratief geboekt. Er kan eventueel ook een boete worden opgelegd voor het niet doen van aangifte. Die boete moet voor de inhoudingsplichtige dan de reden zijn om weer te gaan procederen. Het is immers een principiële zaak.
- Scenario 2: er is geen aangifte gedaan – en er heeft dus ook geen afdracht plaatsgevonden – van (eventueel) ingehouden loonheffingen. In dat geval zal de Belastingdienst een naheffingsaanslag opleggen naar een geschat bedrag. Daar komt nog een boete bij vanwege het niet doen van aangifte en het niet afdragen van de inhouding. Ook dan is er een reden om te procederen, want principieel. Daarbij verwacht ik dat de Belastingdienst de ingehouden loonheffingen niet als voorheffing op de inkomstenbelasting accepteert. Er is waarschijnlijk niet ingehouden met de bedoeling om ook af te dragen.
- Scenario 3: Er is wel aangifte gedaan en loonheffingen zijn afgedragen. Waarmee de inhoudingsplichtige (heeft) berust in het gebruiken van eHerkenning.
Voor nu blijft eHerkenning noodzakelijk om aangifte te kunnen doen en is het wachten op een gratis variant of de volgende procedure.
Remko Hesse is adviseur loonheffingen bij Fiscount.
Geef een reactie