Een vrouw uit Overijssel die zichzelf belastingstaker voor het klimaat noemt krijgt geen korting op haar belastingaanslag, heeft de rechtbank geoordeeld. Ze wilde de korting omdat ze er bezwaar tegen heeft dat de overheid meer dan 5 procent van het geïnde belastinggeld besteedt aan subsidiëring en bevoordeling van fossiele bedrijven.
De vrouw deed aangifte voor de inkomstenbelasting volgens de wet en betaalde de opgelegde aanslag. Ze maakte daar bezwaar tegen en stelde beroep in bij de rechtbank.
Fossiele subsidies
Daar liet ze weten niet tegen het heffen of betalen van belasting te zijn. De vermindering van haar belastingaanslag vroeg ze omdat ze er bezwaar tegen heeft dat de overheid 5% van het geïnde belastinggeld besteedt aan fossiele subsidies. De Staat houdt zich niet aan het Klimaatakkoord van Parijs, voerde ze aan. Hiermee wordt het leven van volgende generaties in gevaar gebracht. Deze handelwijze van de overheid druist in tegen alle beginselen van behoorlijk bestuur en hiermee pleegt de overheid volgens haar ook een misdaad tegen de mensheid, wat in strijd is met de Grondwet en internationale verdragen.
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Volgens de rechtbank is er echter geen rechtstreeks verband tussen de aanslag die de vrouw heeft ontvangen en de zogeheten fossiele subsidies. In feite komen de bezwaren erop neer dat de vrouw een andere besteding van de belastinggelden wenst, maar daar kan de belastingrechter niet over beslissen. De wetgever houdt bewust de regels over de vaststelling van de belastingaanslag en de besteding van het geld uit elkaar. De belastingrechter ziet hierin geen schending van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
Voor zover de vrouw meent dat een daadwerkelijke mogelijkheid ontbreekt om op te komen tegen de beslissing over de besteding van het belastinggeld, moet zij naar de civiele rechter.
Geef een reactie