Een ondernemer en haar accountant mochten er niet vanuit gaan dat het besluit over de TOGS-aanvraag van de ondernemer per e-mail zou worden verzonden, heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) geoordeeld. De termijnoverschrijding van één dag bij de bezwaarprocedure is daarom niet verschoonbaar. Een bestuursorgaan is niet verplicht een bericht elektronisch te verzenden.
Uitspraak: ECLI:NL:CBB:2021:384
De ondernemer had een zaak aangespannen over de afwijzing van haar TOGS-aanvraag en de daaropvolgende niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar dat haar accountant indiende, wegens niet-verschoonbare termijnoverschrijding. De ondernemer stelde in beroep dat het zeer onrechtvaardig is dat het ministerie wel een beslissing mag uitstellen, maar dat haar bezwaarschrift, dat een dag te laat was, niet-ontvankelijk werd verklaard. Dat haar accountant de bezwaartermijn een dag had overschreden zou te wijten aan onzorgvuldigheid van de overheid. De ondernemer moest haar aanvraag online indienen en daarnaast was per e-mail contact met het ministerie gehouden. De ondernemer en haar accountant mochten er daarom naar eigen zeggen vanuit gaan dat ook het besluit op de aanvraag per e-mail zou worden verzonden, hetgeen volgens de wet ook toegestaan is. De ondernemer had gehoopt op meer coulance. Verder voerde ze als reden voor de te late indiening aan dat die was veroorzaakt door de coronatijd, waardoor haar accountant thuiswerkte en niet regelmatig post op zijn kantooradres ophaalde, en door de vakantieperiode.
Oordeel CBb
Naar het oordeel van het College is het besluit echter, door toezending per post aan de accountant van de ondernemer, op de voorgeschreven wijze bekend gemaakt. Het College stelt vast dat de bezwaartermijn op 3 augustus 2020 eindigde. De accountant van de ondernemer heeft het bezwaarschrift op 4 augustus 2020, dus na het einde van de bezwaartermijn, verzonden via eBezwaar.
Het College stelt voorop dat een bestuursorgaan niet verplicht is een bericht elektronisch te verzenden. Deze verplichting ontstaat ook niet als, zoals in dit geval, eerder elektronisch is gecommuniceerd. In de door de ondernemer aangevoerde omstandigheden ziet het College geen grond voor het oordeel dat redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat zij in verzuim is geweest. Van een professionele gemachtigde zoals de accountant van de ondernemer mag verwacht worden dat deze regelmatig controleert of er post op zijn kantooradres is bezorgd, oordeelt het CBb. Ook is naar vaste rechtspraak, zoals bijvoorbeeld de uitspraak van het College van 8 juni 2006, ECLI:NL:CBB:2005:AT7253, afwezigheid wegens vakantie geen reden om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten.
Dat leidt tot de conclusie dat het ministerie terecht geen aanleiding heeft gezien om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten in de zin van artikel 6:11 van de van de Awb. Aan de overige beroepsgronden komt het College om die reden niet toe.
Jan Publiek zegt
Dit is heel raar als je ondertussen wel verplicht bent om “electronisch” je aanvraag in te dienen. Persoonlijk doe ik alles per post en is electronisch aanvragen voor mij dus niet beschikbaar. Maar dat veranderd niet dat de overheid hier met twee maten meet.
Als dat zo in de voorschriften staat, is het tijd die aan te passen. En dan wel zo, dat de overheid zich voegt naar burger- en ondernemerswensen, ongeacht wat die moge zijn. Dus als ik als bedrijf alles per post wil doen, inclusief aangifte, dan moet dat kunnen. En als persoon. En als ik alles per email zou willen, idem dito. Maar dan wel graag versleutelde email–niet een dom portaal met namaak-email, maar email met PGP voor mij, en wellicht email en s/mime voor de volgende. Dit principe is al in naam beleid bij de overheid, maar dus nog duidelijk niet de praktijk.
Goede automatisering maakt dit mogelijk. Dus dit niet kunnen is een brevet van onvermogen. En voor een overheid die groots inzet op “digitale transformatie”, is niet kunnen een blamage. De kern is er een van schijn versus inhoud. In onderhavige casus is “de digitaal” bij de overheid dus schijn, en blijkt bedriegend.
De route om dit te verbeteren zal wellicht vooral politiek zijn, en dat betekent dat de politiek haar schroom om misstanden in de overheidsICT aan te pakken zal moeten overwinnen. En wellicht wat kundige mensen moet zien te vinden.