Als belastingadviseur een familielid in de rechtszaal bijstaan over een belastinggeschil, geldt dat als professioneel verleende rechtsbijstand die in aanmerking komt voor een proceskostenvergoeding? Over die vraag boog de rechtbank Zeeland-West-Brabant zich onlangs.
De dochter van een belastingadviseur had een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd gekregen van de gemeente Tilburg. Ze spande daarover een rechtszaak aan, maar voordat er uitspraak werd gedaan liet de gemeente weten dat de naheffingsaanslag ten onrechte is opgelegd. Het beroep werd daarom gegrond verklaard.
De belastingrechter boog zich daarna over de proceskosten. De gemeente Tilburg stelde zich namelijk op het standpunt dat de belastingadviseur geen recht heeft op vergoeding van die kosten, de belastingadviseur vond van wel.
Professioneel gemachtigde
De rechtbank is van oordeel dat de gemachtigde van de vrouw optreedt als professioneel gemachtigde. Daartoe overweegt de rechtbank dat gemachtigde belastingadviseur is en tevens bezwaar- en beroepsprocedures namens zijn cliënten voert. Dat het voeren van bezwaar- en beroepsprocedures niet de hoofdmoot van zijn werkzaamheden zou zijn, wat daar ook van zij, is niet van belang. Tevens wijst de rechtbank op een eerdere uitspraak1 waarin aan een belanghebbende voor de werkzaamheden van deze gemachtigde tegen de heffingsambtenaar van de gemeente Tilburg proceskosten zijn toegekend. De rechtbank ziet in de door de heffingsambtenaar aangevoerde redenen geen aanleiding in dit geval anders te oordelen op dit punt.
Familierelaties
Daarnaast dient te worden beoordeeld of de familierelatie van de vrouw en haar gemachtigde in de weg staat aan toekenning van proceskosten. De rechtbank overweegt dat in beginsel een familierelatie niet aan het beroepsmatige karakter van verleende rechtsbijstand in de weg hoeft te staan, met dien verstande dat als de rechtsbijstand wordt verleend door een persoon die behoort tot het huishouden van de belanghebbende in beginsel moet worden aangenomen dat deze niet op zakelijke basis is verleend en daarom niet kan gelden als beroepsmatig verleend.2 In dit geval is belanghebbende de uit huis wonende dochter van gemachtigde. Er is dus sprake van een familierelatie, maar niet van het behoren tot hetzelfde huishouden. De rechtbank is daarom van oordeel dat de familierelatie niet in de weg staat aan toekenning van proceskosten.
Vergoeding
De dochter van de belastingadviseur krijgt dus gelijk. De rechtbank stelt de proceskosten voor bezwaar en beroep op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht vast op de kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand van € 399,50 (1 punt voor het indienen van het bezwaarschrift, met een waarde per punt van € 265,00 en 1 punt voor het indienen van het beroepschrift, met een waarde per punt van € 534,00 en een wegingsfactor 0,5). De rechtbank kent een licht gewicht toe aan zaken die parkeerbelasting betreffen.3
Geef een reactie