Energiebedrijven en Kamerleden maken zich grote zorgen over de invoering van een prijsplafond voor energie. De datum van 1 januari is volgens hen niet haalbaar. Maar klimaatminister Rob Jetten denkt nog steeds dat het gaat lukken.
Tegen BNR zei Jetten: ‘Er wordt bij ons ministerie en bij de energiebedrijven bijna dag en nacht gewerkt om dit voor 1 januari klaar te hebben. Mocht het niet lukken, dan moet je altijd kunnen terugvallen op een alternatief. Maar ik ga er nu nog vanuit dat 1 januari dat prijsplafond in werking treedt. Als het helemaal rond is, dan stuur ik de subsidierekening naar de Tweede Kamer. Maar mijn doel is nog steeds om dat volgende week te doen, zodat we daarna nog alle tijd hebben voor de implementatie.’
Marge voor energiebedrijven
Afgelopen maandag stuurde Jetten een brief met uitleg naar de Kamer. Maar dit schrijven lijkt de zorgen bij de fracties alleen maar te hebben vergroot. Dankzij het prijsplafond betalen huishoudens met ingang van 1 januari een maximumprijs voor gas en stroom, zo is de bedoeling. De Tweede Kamer had geëist dat energiebedrijven hun inkoopprijs vergoed zouden krijgen, plus een kleine marge voor hun kosten. Ze vrezen nu echter dat er onnodig veel geld naar energiebedrijven gaat, omdat de politiek niet kan controleren wat een redelijke marge is voor de energieleveranciers. Ook energie-experts zeggen dat de in allerhaast in elkaar getimmerde regeling veel te complex is om uit te voeren, laat staan op zo’n korte termijn.
‘Accountant moet controleren’
Energiebedrijven zeggen de invoering van een gegarandeerd prijsplafond per 1 januari voor 2023 te kunnen invoeren. Maar bij de uitvoering lopen ze wel financiële risico’s. Zij eisen garanties van minister Rob Jetten. Met een vaste prijs vrezen politieke partijen dat vooral de grote bedrijven te veel winst gaan maken. Zij kunnen veel goedkoper leveren, per consument verdienen ze flink. Energiebedrijven stellen daarom zelf echter ook voor een onafhankelijke accountant na onderzoek van de boeken te laten oordelen of zij extreme winst maken. Die zou de overheid achteraf kunnen afromen.
ACM: ‘niet te doen’
Toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM) had een redelijke marge moeten bepalen, maar gaf die opdracht terug. Normaliter zou de ACM een marge vaststellen op basis van historische gegevens, maar de huidige marktomstandigheden wijken zo sterk af, dat deze methodiek niet werkt. Dat maakt het vaststellen van de marge ‘een politieke afweging’, aldus de ACM.
Compensatie verlengen
Kamerleden vragen zich af of het plafond wel in januari in kan gaan. Joost Eerdmans van JA21 denkt dat het verlengen van de compensatie, die in november en december van kracht is (190 euro per maand voor alle huishoudens), een serieuze optie is: ‘Als je het plafond nu doorvoert, kom je te zitten met perverse prikkels, omdat de marge niet vast te stellen is’, zegt hij tegen Nieuwsuur.
Prijsplafond
Met ingang van 1 januari geldt een prijsplafond van 1,45 euro per m3 gas tot een jaargebruik van 1200 m3 gas. Voor elektriciteit gaat het om 0,40 euro per kWh tot een jaargebruik van 2900 kWh. Bovendien komt er in de aanloop naar het prijsplafond, in november en december, een energiecompensatie van 190 euro per maand. De regeling geldt voor consumenten en andere ‘kleinverbruikers’, zoals zzp’ers, winkels, verenigingen, kleine maatschappelijke organisaties en een deel van het kleine mkb. Voor de half miljoen Nederlandse huishoudens die gebruikmaken van stadsverwarming gaat een prijsplafond van 47,39 euro per gigajoule (GJ) gelden. Mensen hoeven zelf geen actie te ondernemen. De korting wordt verrekend via de energienota. Het kabinet schat dat het prijsplafond 23,5 miljard euro gaat kosten.
Geef een reactie