De Sociale Verzekeringsbank (SVB) stelt zich op het standpunt dat uit de feitelijke toestand niet kan worden afgeleid dat een man en zijn huwelijkspartner een afzonderlijk leven leiden alsof er geen huwelijk is. Daarom wordt aan hem een pensioen toegekend op op basis van de gehuwdennorm.
Op 2 december 2022 dient een man een aanvraag in voor een AOW-pensioen. Op verzoek van een inspecteur vult hij een formulier ‘onderzoek woonsituatie’ in. Op basis daarvan kent de inspecteur hem op 2 januari 2023 een gehuwdenpensioen toe.
De man is het daar niet mee eens en stelt een beroep in waarin hij zich op het standpunt stelt dat hij reeds tien jaar duurzaam gescheiden leeft van zijn huwelijkspartner. In geschil is of sprake is van een situatie van duurzaam gescheiden leven van de man en zijn partner op 28 april 2023.
Duurzaam gescheiden
Op grond van artikel 1, derde lid, aanhef en onder b, van de AOW wordt als ongehuwd mede aangemerkt degene die duurzaam gescheiden leeft van de persoon met wie hij gehuwd is.
Van duurzaam gescheiden leven is sprake indien ten aanzien van gehuwden de toestand is ontstaan dat, na de door beiden of één hunner gewilde verbreking van de echtelijke samenleving, ieder afzonderlijk zijn eigen leven leidt als ware hij niet met de ander gehuwd en deze toestand door hen beiden, althans door één hunner, als bestendig is bedoeld.
De man heeft in het vragenformulier van de inspecteur ten aanzien van zijn woonsituatie ingevuld dat hij sinds 2013 niet meer met zijn huwelijkspartner op hetzelfde adres woont, omdat zij duurzaam gescheiden leven en niet samen willen wonen.
Er is geen sprake van noodzakelijke zorg, er is geen sprake van een gezamenlijke vakantie en zij ondernemen geen gezamenlijke activiteiten. Zij hebben wel een sleutel van elkaars woning in geval van nood, maar verzorgen elkaar niet bij ziekte. Beide woningen waarin zij afzonderlijk van elkaar leven zijn van beiden eigendom.
Kosten levensonderhoud
Ten aanzien van de financiële vragen heeft de man ingevuld dat zij geen gezamenlijke bankrekening hebben en niet gemachtigde zijn van elkaars bankrekening. Hij betaalt mee aan de kosten van levensonderhoud van zijn huwelijkspartner ten bedrage van € 300 per maand.
De man en zijn huwelijkspartner doen samen belastingaangifte en hebben geen levensverzekering op elkaars leven afgesloten. In de hoorzitting verklaart hij dat hij sinds zeven jaar een nieuwe relatie heeft die hij als zijn nieuwe partner beschouwt.
De rechtbank oordeelt dat voldoende aannemelijk is geworden dat sprake is van een gewilde verbreking van de echtelijke samenleving die bestendig is bedoeld. Dit betekent dat op basis van de omstandigheden van dit geval, bezien in samenhang met de context daarvan, sprake is van duurzaam gescheiden leven als bedoeld in de AOW.
Hierbij is van belang dat de financiële verbanden ook moeten worden beschouwd in het licht van de overige omstandigheden. Die verstrengeling die de man nog heeft met zijn partner bestaat uit het onverdeeld deel van de echtelijke boedel en in het voorzien in haar levensonderhoud.
Alimentatie
De wijze waarop de man in het levensonderhoud van zijn partner voorziet lijkt in feite meer op het betalen van alimentatie dan op een financiële verstrengeling zoals bij gehuwden. Verder blijkt uit de stukken dat de man en zijn partner in het geheel niet gezamenlijke activiteiten ondernemen. Tenslotte hecht de rechtbank grote waarde aan de verklaring van de man dat hij sinds 7 jaar een nieuwe relatie heeft.
Daarom, zo is het oordeel van de rechtbank, moet in de situatie van de man worden uitgegaan van duurzaam gescheiden leven als bedoeld in artikel 1, derde lid, aanhef en onder b, van de AOW. Dit betekent dat de man vanaf 28 april 2023 in aanmerking komt voor een ouderdomspensioen voor een ongehuwde pensioengerechtigde.
Geef een reactie