RVO.nl zal per 1 maart WBSO-aanvragen van nieuwe starters met voorrang in behandeling nemen. Hierdoor kunnen aanvragen binnen één maand na aanvang van de periode waarop de aanvraag betrekking heeft afgehandeld worden.
Dat schrijft minister Henk Kamp van Economische Zaken in de “Kamerbrief gebruik intermediairs bij MIT-regeling en WBSO”.
De afhandelingstermijn op WBSO-aanvragen van nieuwe starters bedraagt op dit moment doorgaans drie maanden, gemeten vanaf de datum van indiening van de volledige aanvraag. RVO.nl zal per 1 maart a.s. deze aanvragen met voorrang in behandeling nemen, waardoor het mogelijk is om deze binnen één maand na aanvang van de periode waarop de aanvraag betrekking heeft af te handelen.
De kortere afhandelingstermijn zal van toepassing zijn op aanvragen van bedrijven die bij de aanvraag aangeven dat zij starter zijn én voor het eerst WBSO aanvragen. Een bedrijf is starter voor de WBSO als het maximaal vier jaar inhoudingsplichtig is en maximaal in twee eerdere jaren S&O-verklaringen heeft ontvangen. Deze maatregel maakt onderdeel uit van de startupbox die minister Kamp van Economische Zaken in het kader van het startupbeleid heeft gelanceerd.
Voor startende bedrijven is het belangrijk om extra snel zekerheid te krijgen over het fiscale voordeel, gelet op de fase waarin hun bedrijf zich bevindt. Bovendien hebben deze bedrijven nog geen ervaring met de WBSO en weten zij nog minder goed hoe RVO.nl beoordeelt of er sprake is van R&D. Ook wordt met de kortere afhandelingstermijn het belang van innovatieve starters voor economische groei en ontwikkeling in algemene zin benadrukt.
Alle overige aanvragen zullen ook binnen de wettelijke beslistermijn worden afgehandeld, zo schrijft de minister.
Geef een antwoord