De omzet in het Nederlandse minden- en kleinbedrijf is bij 58% van de MKB-ondernemers gegroeid of in elk geval gelijk is gebleven. Ook is de winstgevendheid per saldo verder verbeterd. Wel zijn de verschillen tussen de branches behoorlijk: de bouw en de horeca deden het relatief goed, terwijl de zorgsector en specialistische zakelijke dienstverleners achterbleven.
Dat blijkt uit de benchmarkdatabase Branche in Zicht (BiZ) van SRA. De 370 SRA-kantoren hebben meer dan 50% van alle MKB-bedrijven als klant. De BiZ-database brengt de jaarrekeningen van al die MKB-bedrijven samen.
Zorg
In 2015 steeg de omzet in het Nederlandse MKB gemiddeld met 5% (+4% in 2014). Ook de zorg ziet de omzet al jaren stijgen. Voor 2015 kwam die omzetgroei uit op 2,7%. Dat was een minder sterke groei dan in het jaar ervoor (+6,3%). Daarentegen bleef de winstgroei in de zorg sterk achter bij die van het jaar ervoor, namelijk 2,9% versus een winstgroei van een dikke 26%.
Juridische dienstverleners
Dankzij een positiever economisch plaatje trok de vraag naar zakelijke diensten aan. Zo is het herstel van de woningmarkt gunstig voor notarissen, omdat zij meer akten konden passeren. De advocatuur profiteerde van de toenemende vraag naar advies en diensten rond fusies en overnames.
Winstontwikkeling lager dan gemiddeld
Wel blijven de tarieven onder druk staan. Dit was te zien in de winst: die steeg in 2015 met 27%, waarmee de branche achter bleef bij het MKB als geheel (+30%). Alleen de zorgsector deed het op dit vlak minder goed. Juridische dienstverleners zagen de netto-omzet in 2015 met gemiddeld iets meer dan 5% toenemen, versus een lichte daling een jaar eerder. De totale bedrijfskosten kwamen 4% hoger uit, vooral door hogere personeelskosten (de loonkosten stegen met ruim 7%). Verder nam het eigen vermogen met 10,3% toe, terwijl de voorzieningen met ruim 5% werden afgebouwd. Een jaar eerder namen deze nog met ruim 23% toe.
Geef een reactie