De invoering van het fosfaatrechtenstelsel wordt een jaar uitgesteld. Dat heeft staatssecretaris Martijn van Dam van Economische Zaken meegedeeld aan de Tweede Kamer. De introductie van een rechtenstelsel om het fosfaatplafond te bereiken en te borgen raakt aan de Europese kaders voor staatssteun.
Er is sprake van staatssteun, omdat rechten worden geïntroduceerd die vanaf inwerkingtreding schaars zullen zijn, de rechten vanaf de inwerkingtreding van het stelsel vrij verhandelbaar worden en een waarde vertegenwoordigen in het economisch verkeer. Deze rechten worden bovendien gratis toegewezen aan bedrijven die in Nederland op de peildatum melkvee op hun bedrijf hielden.
Aanpassing op twee punten
Het wetsvoorstel wordt op twee punten gewijzigd. Ten eerste wordt het volledige fosfaatrechtenstelsel ingevoerd op 1 januari 2018. Op die dag zullen fosfaatrechten worden verstrekt en vanaf die dag is het verboden fosfaat met melkvee te produceren tenzij de melkveehouder over voldoende fosfaatrechten beschikt. De rechten worden gratis verstrekt en zijn vrij verhandelbaar. De totale hoeveelheid rechten die op 1 januari 2018 wordt toegekend, komt overeen met het fosfaatproductieplafond in de derogatiebeschikking. De hoeveelheid rechten per individueel bedrijf wordt bepaald op basis van gegevens over de veestapel op 2 juli 2015 (de peildatum) en de forfaitaire excretiewaarden. De generieke korting die nu reeds in het wetsvoorstel is voorzien, zal niet worden toegepast nadat de rechten zijn verstrekt maar direct worden verwerkt in de hoeveelheid rechten die wordt toegekend.
Ten tweede wordt in de wet geëxpliciteerd dat de criteria die de fosfaatbank zal toepassen voor het toekennen van niet overdraagbare rechten verder moeten gaan dat wat reeds op basis van geldende Europese normen verplicht is.
Geef een reactie