De risico’s voor de financiële stabiliteit nemen toe naarmate de coronacrisis langer duurt. Een belangrijk verschil met de kredietcrisis van 2008 en 2009 is dat de oorzaak nu buiten de financiële sector ligt en dat de buffers bij banken aanzienlijk hoger zijn dan toen. Hierdoor zijn banken beter in staat de kredietverlening aan bedrijven en huishoudens op peil te houden. Dat staat in het halfjaarlijkse Overzicht Financiële Stabiliteit (OFS) van De Nederlandsche Bank. DNB constateert daarin dat de onzekerheid over de economische gevolgen van de pandemie nog ongekend groot is. Naarmate contactbeperkende maatregelen langer noodzakelijk zijn neemt de impact toe.
Financiële markten hebben zich hersteld na de eerste scherpe marktcorrectie, maar financieringscondities zijn nog steeds minder gunstig dan begin dit jaar. Het marktsentiment keerde na ingrijpen door overheden en centrale banken. Toch blijven markten onrustig. Ondanks het huidige optimisme zijn hernieuwde koersdalingen niet uitgesloten.
Banken worden geraakt, maar zijn door hogere buffers beter in staat de kredietverlening aan gezonde bedrijven op peil te houden. De winstgevendheid van banken – al onder druk door de lage rente – wordt wel verder aangetast door toenemende kredietverliezen, hogere financieringskosten en dalende inkomsten.
Ook verzekeraars en pensioenfondsen worden geraakt door de ontwikkelingen op financiële markten, vooral door koersdaling van hun beleggingen. Met name de toch al kwetsbare vermogenspositie van pensioenfondsen is verder verslechterd.
Pandemiestresstest
Naarmate het langer duurt voordat de economie zich herstelt uit de coronacrisis, nemen de gevolgen voor Nederlandse banken toe, blijkt uit een door DNB uitgevoerde pandemiestresstest. De stresstest is bedoeld om mogelijke kwetsbaarheden voor de Nederlandse bankensector in kaart te brengen als zware economische scenario’s zich zouden materialiseren.
In een zwaar scenario wordt uitgegaan van een langere lockdown met strikte contactbeperkende maatregelen, resulterend in een economische krimp van bijna 12% in 2020. In dit scenario kunnen de kapitaalratio’s van Nederlandse banken met een derde afnemen: van een gemiddelde CET1-ratio van 16,5% eind 2019 naar gemiddeld 11% eind 2022. De kredietverliezen kunnen in dit scenario oplopen tot EUR 23 miljard. Het goede nieuws is dat de relatief hoge kapitaalratio’s banken in staat stellen dergelijke verliezen op te vangen zonder noemenswaardige gevolgen voor de kredietverlening.
Perfect stormscenario
Maar er zitten wel grenzen aan wat banken kunnen absorberen. Om dat te illustreren bevat het OFS ook een zogenoemd perfect storm scenario waarin uitzonderlijke ontwikkelingen elkaar versterken. In dit scenario is ook in 2021 nog sprake van forse krimp en treedt voorzichtig economisch herstel pas in 2022 in. De kredietverliezen bij banken zouden dan kunnen oplopen tot circa EUR 40 miljard euro. Voordat het zover komt, zullen banken de kredietverlening aan bedrijven en huishoudens echter terugschroeven teneinde de verliezen te beperken en te voorkomen dat hun kapitaalratio’s oncomfortabel dicht bij de minimumeisen komen. Dat heeft tot gevolg dat banken hun rol bij het economische herstel niet meer goed kunnen vervullen, waardoor de economische schade verder toeneemt.
Bron: DNB
Webinar: goede accountants kijken vooruit! En weten hoe dat moet
Waar liggen de kansen voor MKB-ondernemers en accountants? Welke accountantskantoren zijn voldoende weerbaar om moeilijke tijden door te komen? Wat kunnen kantoren doen om hun positie te versterken? En wat kunnen zij nú doen voor hun klanten: hoeveel vet op de botten moet een MKB-ondernemer hebben en welke onderbouwde scenario’s kun je voor ze opstellen? Kortom: we gaan weer vooruit kijken. In een goedgevuld webinar op woensdag 17 juni. Mis het niet!
Geef een reactie