Net als veel andere partijen ziet ook de NBA geen heil in de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden, die schijnzelfstandigheid moet tegengaan. De organisatie mist vooral duidelijkheid – sterker nog: de wet heeft een averechts effect, klinkt het in de reactie op de openbare consultatie.
De NBA pleit vooral voor duidelijkheid: ‘Er bestaat een ‘grijs gebied’. Het ontbreekt aan een heldere norm. Mede door het huidige handhavingsmoratorium kan er momenteel (gedwongen) schijnzelfstandigheid bestaan.’ Om als accountants een rol te kunnen spelen in het naleven van de wet, moet er duidelijkheid zijn. ‘ Wij vragen ons af of dit wetvoorstel in de praktijk gaat zorgen voor de gewenste duidelijkheid. De criteria voor de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst genoemd in het beoogde artikel 610 lid 2 BW zijn als open normen geformuleerd en vooral een codificatie van jurisprudentie tot nu toe, alleen zijn er qua relevantie in het wetsvoorstel andere keuzes gemaakt.’
Zelfde toetsingskader als nu
Sterker nog: volgens de NBS werkt het wetsvoorstel averechts en geeft het niet de gewenste zekerheid in het grijze gebied. ‘Er is te veel ruimte voor twijfel over de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst, omdat het wetsvoorstel nagenoeg geheel hetzelfde toetsingskader bevat dat momenteel in de praktijk voor meerdere interpretaties vatbaar is.’ Bovendien leidt een extra toets tot discussies in de praktijk en wijkt de praktijk vaak af van wat er op papier is afgesproken, aldus de NBA. ‘Voor werkgevenden en werkenden is het gewenst dat er juist vooraf meer zekerheid komt over de kwalificatie van de arbeidsrelatie. Echter, met de invoering van dit wetsvoorstel ontstaat het risico dat de rechtsonzekerheid alleen maar groter wordt en de toetsing van de arbeidsrelatie juist complexer, vanwege de geformuleerde open normen.’
Het rechtsvermoeden van een arbeidsrelatie onder een bepaald uurtarief overtuigt ook niet: ‘De vraag is of de drempel in de praktijk voor de werkende in kwestie niet te hoog is om een arbeidsovereenkomst op te eisen.’
De NBA sluit zich met de kritiek onder meer aan bij het Adviescollege Toetsing Regeldruk, dat eerder al aangaf dat de wet waarschijnlijk geen effect zal hebben.
Huub de Wit zegt
Jaren gelden was het verplicht om een V.A.R verklaring te vragen of te overleggen die je bij de belastingdienst moest aanvragen( 3 maanden geldig) zo dat men kon zien dat je alle premies en belastingen had afgedragen.
Bij die verklaring zaten de voorwaarden waarin stond dat je bepaalde periodes zelf opdrachtgever moest zijn (dus werk of project zelf moest aannemen.
Als je de verlaring niet had of kon overleggen liep de opdracht gever het risico dat er naderhand als nog een belasting naheffing met een boete kon volgen.
En dit kan ook met andere verplichte premie afdrachten zo als verzekeringen en pensioenen.
Er worden te veel regels gemaakt onder het kaarten.