De Chinese regering eist de volledige steun van het bedrijfsleven in de strijd tegen de demonstranten in Hongkong. Dat hebben de Big Four inmiddels aan den lijve ondervonden. Zij hebben zich moeten distantiëren van een advertentie waarin steun werd betuigd aan de demonstraties.
De inwoners van Hongkong zijn bereid offers te brengen voor het behoud van vrijheid, maar het bedrijfsleven kijkt er anders tegenaan, schrijft NRC. Bedrijven groeien dankzij de opkomst van China en daarom zet de regering in Beijing grote bedrijven en de zakelijke top van Hongkong onder druk om hardop hun steun uit te spreken voor de regering. Die eist ook een verbod voor werknemers om mee te doen aan demonstraties; ondernemingen moeten nieuwe medewerkers doorlichten op politieke betrouwbaarheid. Het blijkt zelf zo ver te gaan dat topmensen van bedrijven afgelopen weekend moesten meedoen aan pro-Chinese betogingen.
Advertentie betaald
KPMG, EY, Deloitte en PwC hebben nu ook de toorn van de Chinese regering over zich afgeroepen. Zij zouden een pro-demonstrantenadvertentie hebben betaald.
Dat kan niet, vindt de communistische Global Times. De bedrijven moeten uitzoeken wie in hun bedrijf precies verantwoordelijk waren voor de advertentie, en die moeten de laan uit worden gestuurd. De bedrijven hebben zich allemaal van de advertentie gedistantieerd.
Het zou gaan om een advertentie in de Hongkongse krant Apple Daily, die in China verboden is. Die zou zijn betaald door medewerkers van de big four-kantoren. In de advertentie spreken zij verklaringen van hun topmannen tegen en worden gearresteerde demonstranten geëerd. ‘Chinese experts hebben gewaarschuwd dat deze bedrijven de verplichting hebben om het publiek te laten weten hoe zij over de kwestie denken’, aldus het door de overheid gedicteerde communistische orgaan.
Bron: NRC/Global Times
Geef een reactie