Dat een RA als klachtenbehandelaar bij een accountantskantoor niet met de weduwe van een voormalige klant in gesprek wilde gaan is voor te stellen, vindt de Accountantskamer. De voor de RA geldende beroepsregels dwingen hem niet tot een gesprek. De tuchtrechter is daarom van oordeel dat de RA niet heeft gehandeld in strijd met enig voor hem geldend fundamenteel beginsel.
Uitspraak: 19-681, 19-682 vh AA en RA
Grondwerkbedrijf
De voormalige klant was een ondernemer met een grondwerkbedrijf, dat aanvankelijk via een eenmanszaak werd gerund en later via een BV. De ondernemer was sinds de jaren ’90 cliënt van een accountantskantoor waar een inmiddels gepensioneerde AA zijn contactpersoon was. De ondernemer overleed in 2007, waarna zijn weduwe het bedrijf als DGA voortzette. Tot en met 2008 werd nog winst gemaakt, maar in de jaren 2009 tot en met 2011 was sprake van verliezen. In 2012 besloot de weduwe om de onderneming te verkopen.
Brieven weduwe
Op 21 april 2017 en op 31 augustus 2017 schreef de weduwe een brief aan de AA waarin zij hem aansprakelijk stelde voor schade vanwege tekortgeschoten dienstverlening aan haar. In de brief van 31 augustus 2017 noemde ze een bedrag van € 841.340, exclusief kosten van deskundigen, juridische bijstand en rente. Van de brief van 31 augustus 2017 is een kopie gestuurd naar de RA, als klachtenbehandelaar. In de brieven kondigde ze ook aan een tuchtklacht bij de Accountantskamer in te gaan dienen. Daarnaast was een aanbod opgenomen om te komen tot een minnelijke oplossing. De weduwe schreef: ‘Ik adviseer u om uw beroepsaansprakelijkheidsverzekering van dit schrijven in kennis te stellen, tenzij u bereid bent om met mij een dialoog aan te gaan om tot een minnelijk akkoord te kunnen komen.’ De RA reageerde namens het accountantskantoor met een brief waarin de aansprakelijkstelling voorzien van een inhoudelijke onderbouwing werd afgewezen.
Tuchtklacht
De weduwe diende vervolgens tegen de gepensioneerde AA als de RA tuchtklachten in. De voormalig AA verweet ze:
- betrokkene heeft fouten gemaakte bij de controle van ingeboekte facturen;
- alle gecontroleerde jaarrekeningen vertonen grove rekenfouten;
- de vermogensposities van [BV1] en van [holding1] zijn onjuist geboekt;
- betrokkene is tekortgeschoten in zijn informatieplicht, waardoor zij een onjuist beeld heeft gekregen van de financiële toestand van haar bedrijf, waardoor zij onjuiste beslissingen heeft genomen;
- betrokkene heeft fouten gemaakt bij de controle van de huurnota’s, wat heeft geleid tot onjuiste btw-aangiften;
- betrokkene heeft klaagsters overleden echtgenoot destijds een verkeerde rechtsvorm voor de door hem gedreven onderneming geadviseerd, waardoor klaagster nadien meer belasting heeft betaald dan nodig was. In ieder geval had betrokkene de rechtsvorm na verloop van tijd moeten aanpassen.
De RA werd verweten:
- betrokkene heeft, als klachtenbehandelaar bij [accountantskantoor], de tegen [Y1] ingediende klacht en de aansprakelijkstelling van [accountantskantoor] niet op zorgvuldige wijze behandeld en heeft klaagster ten onrechte niet uitgenodigd voor een gesprek.
Oordeel: klachten niet-ontvankelijk en ongegrond
De klachten tegen de voormalig AA worden in alle onderdelen niet-ontvankelijk verklaard wegens overschrijding van de klachttermijn van zes jaar.
Over de klacht tegen de RA stelt de Accountantskamer vast dat de RA in zijn schrijven voldoende inhoudelijk ingegaan is op wat de weduwe in haar brief van 31 augustus 2017 naar voren bracht.
‘Dat [Y2] naar aanleiding van de brief van klaagster, gelet op de daarin opgenomen aansprakelijkstelling en aangekondigde tuchtklacht, niet met klaagster in gesprek wilde gaan is voor te stellen. De voor hem geldende beroepsregels dwingen hem niet tot een gesprek. Daarbij komt dat reeds eerder, in 2016, een gesprek tussen [Y1] en klaagster had plaatsgevonden over onderwerpen die zij in haar brief van 31 augustus 2017 opnieuw aan de orde stelde. De Accountantskamer is daarom van oordeel dat [Y2] niet heeft gehandeld in strijd met enig voor hem geldend fundamenteel beginsel.’
De tegen de RA ingediende klacht is daarom ongegrond.
Geef een reactie