Baker Tilly betreurt het dat de Rotterdamse rechter de bestuurlijke boete (grotendeels) in stand heeft gehouden die de AFM heeft opgelegd in juli 2018. Het bedrijf moet nog een besluit nemen over een eventueel beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.
In beroep is het grootste deel van het besluit van de AFM intact gebleven, ziet ook Baker Tilly. ‘Wij betreuren de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam, waarin onze inhoudelijke argumenten niet gevolgd worden. We gaan de uitspraak uitgebreid bestuderen om ons vervolgens te beraden op een mogelijk hoger beroep.’ Het belangrijkste verwijt was dat beleid of processen voor het beheersen van risicoklanten in de periode januari 2014 tot mei 2017 niet voldeden.
Maatregelen versneld doorgevoerd
Het bedrijf wil wel benadrukken dat mede door de uitkomsten van het AFM-onderzoek in 2017 al lopende (verbeter)maatregelen versneld zijn geïmplementeerd. ‘Dit was voor de AFM aanleiding om de boete te matigen en tijdens de behandeling van het beroep te bevestigen dat Baker Tilly na het bekend worden op snelle en adequate wijze heeft geacteerd. De centrale database met risicoclassificatie die toentertijd (medio 2017) is ingericht voor al onze klanten maakt onderdeel uit van het klant- en opdrachtacceptatie & -continuatiebeleid van Baker Tilly. Wij zijn ervan overtuigd dat deze maatregelen onze kwaliteitsbeheersing versterken. Dit beleid wordt periodiek bijgesteld als gevolg van nieuwe ontwikkelingen en inzichten. Zo verankeren wij het continu verbeteren van onze processen in onze organisatie en werken wij aan het bereiken van een consistente kwaliteit van onze dienstverlening.’
Geef een reactie