Terwijl heel politiek Den Haag hunkert naar vernieuwing en transparantie, trekt de NBA bij de voordracht van een nieuwe voorzitter en een kandidaat-bestuurslid een oud laatje open. Het meest opvallend is dat ook bij de NBA mensen lijken rond te lopen die last hebben van een slecht werkend geheugen. Na de tumultueuze voorzittersverkiezing in 2017 kondigde scheidend voorman Pieter Jongstra aan dat het bestuur onderzoek zou gaan doen naar een onafhankelijk voorzitter, een idee dat destijds op brede steun kon rekenen. Waarom is er nu toch weer voor een voorzitter uit eigen kring gekozen? Wat heeft het bestuur de afgelopen jaren überhaupt met dit idee gedaan?
Dat er voor het eerst een voorzitter buiten de Big Four naar voren wordt gebracht, verhult niet dat we met Ted Verkade meer van hetzelfde krijgen: een witte man op leeftijd die steeds een stukje omhoog is geschoven binnen het accountancy establishment. Verkade wil verbinden, vernieuwen en het vooral samen doen, zo meldt de website, maar wat dat dan precies betekent, wordt niet helder. Wat vindt hij bijvoorbeeld van het ingrijpende hervormingsprogramma dat de Britse overheid met de sector voor ogen heeft en waar hij als ceo van Baker Tilly International, met Londen als thuisbasis, toch echt wel een mening over zal hebben? Neem de organisatorische scheiding van controle en advies die de Britten willen, een nieuwe stap op weg naar audit only, en de verplichte samenwerking van grote en kleinere kantoren met een soort ‘joint audits’ nieuwe stijl? Steunt hij die voorstellen? En vindt Verkade – net als de Britse regering – ook dat de Big Four een te grote marktmacht hebben en gaat hij dat nu in Nederland op de agenda zetten?
Het is jammer dat de NBA niet verder komt dan het oppompen van clichés en de kans mist om Ted Verkade neer te zetten als iemand met een frisse blik op de Nederlandse accountancydiscussie. In het kader van de transparantie zou het ook goed zijn geweest om meer helderheid te geven over de betrokkenheid van Verkade bij de kwaliteitsbeheersing van Baker Tilly Berk van januari 2014 tot mei 2017, waarover de AFM een vernietigend oordeel gaf en een (record)boete van negen ton oplegde. De AFM constateerde dat er in die periode “geen sprake is geweest van een beheerste en integere bedrijfsvoering”. Verkade was in die tijd managing director van BTB Nederland en zal bij dit dossier dus intensief betrokken zijn geweest. Door openheid over deze ongetwijfeld pijnlijke periode in zijn professionele loopbaan kan Verkade blijk geven ernst te willen maken van vernieuwing. Ook het teruggeven van de OOB-vergunning door BTB en de problemen die er zijn ontstaan door de steeds kleinere kring van OOB-vergunninghouders is iets waar Verkade vast wel iets zinnigs over kan zeggen.
Met het voordragen van Ted Verkade lijkt het NBA-bestuur, ondanks de eerdere toezegging van Pieter Jongstra en de brede steun destijds voor een onafhankelijke voorzitter, het toch niet aan te durven om eens verrassend uit de hoek te komen. Door een voorzitterskandidaat van buiten het beroep had het bestuur kunnen laten zien écht iets aan vernieuwing te willen doen. Daarnaast was het goed geweest om nu eens niet met een enkelvoudige voordracht te komen en meerdere mensen voor te dragen, bijvoorbeeld iemand met en iemand zonder accountantstitel.
Dat blijft nu beperkt tot de voordracht van Christel Deckers als eerste bestuurder zonder RA of AA-achtergrond. Zij heeft binnen de zorg haar sporen zo te zien verdiend, heeft de nodige auditcommissies voorgezeten en brengt ongetwijfeld veel expertise mee op het gebied van governance, HR en digitalisering. Maar waarom zij is voorgedragen om de portefeuille “MKB en innovatie” te gaan beheren, is onduidelijk. “Het bestuurslid heeft ervaring als financieel eindverantwoordelijke in het mkb / bedrijfsleven”, schreef de NBA in het functieprofiel dat evident op Deckers niet van toepassing is. Daar kunnen goede redenen voor zijn maar je moet dan wel even uitleggen waaróm je van het ingeslagen pad bent afgedwaald én hoe je dan denkt de nu nog openstaande behoefte aan kennis en kunde rond het mkb te gaan oplossen.
Het zal de lezer niet verbazen dat, wat Novaa betreft, in de voordracht van de nieuwe bestuursleden weer helder wordt dat de mkb-accountant er bij de NBA bekaaid afkomt. In het nieuwe bestuur heeft slechts één lid een achtergrond als mkb-accountant (maar als vertegenwoordiger van de ledengroep openbaar accountants een bredere focus). Wanneer daar een echt onafhankelijke voorzitter voor terug was gekomen, zou dat nog reden geven tot enige tevredenheid. De huidige voordracht betekent vooral een nieuw hoofdstuk in het inmiddels welbekende NBA-feuilleton over de gemiste kansen.
Marco Moling (l) en Guus Ham (r), respectievelijk voorzitter en directeur van de Nederlandse organisatie van accountant adviseurs (Novaa).
De discussie of er een NIET-accountant in het bestuur thuishoort is nooit gevoerd.
Leuk dat het met een dame op diversiteit en inclusiviteit gaat lijken, maar we hebben het hier over een beroepsgroep waarvan alle leden de accountantsstudie hebben afgerond.
Het is al erg genoeg dat er een notoire brokkenmaakster in de monitoringscommissie
ons de les gaat lezen.