Een accountant-administratieconsulent die de volledige correspondentie, adviesdossiers en administratie van een klant aan de FIOD verstrekte en ook als getuige verhoord werd, moest recent voor de Accountantskamer verschijnen. Volgens zijn cliënt had de AA zijn geheimhoudingsplicht geschonden.
Lange voorgeschiedenis
De AA werkt voor een accountantskantoor en deed sinds 2011 de salarisadministratie van de klaagster, stelde de jaarrekening samen, verzorgde de aangifte vennootschapsbelasting en verrichtte overige opdrachten. Omdat de administratie niet op orde was, heeft in de eerste jaren veel afstemming en correctie plaatsgevonden. Klaagster had hierin geen vertrouwen, waarna de gemachtigde van klaagster de hele administratie vanaf 2002 opnieuw heeft ingevoerd in het pakket Exact. Hierna bleek dat de administraties niet overeenkwamen. Klaagster had hierbij veel vragen, die door accountant-administratieconsulent en andere medewerkers van het accountantskantoor kosteloos werden beantwoord. Toen het vragen bleef regenen, stelde het kantoor voor de klantrelatie te beëindigen of alle werkzaamheden alsnog in rekening te brengen. Klaagster diende hierop een klacht in bij de NBA en de Accountantskamer. Deze klacht werd ongegrond verklaard en in hoger beroep door het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) deels gegrond verklaard. In 2020 heeft klaagster opnieuw een klacht ingediend bij de Accountantskamer. Deze is deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond verklaard.
Boekenonderzoek FIOD
In 2013 kondigde de belastingdienst een boekenonderzoek aan bij aan klaagster gelieerde entiteiten. Dit leidde er toe dat de FIOD op 26 januari 2015 een onaangekondigd bezoek bracht aan het kantoor van accountant-administratieconsulent. De Officier van Justitie vorderde van het accountantskantoor de fysieke en digitale administratie, accountants- en adviesdossiers, overige (intern) gehanteerde adviesdossiers, fysieke klantcorrespondentie, uitdraaien uit “brievenboek verzonden” van de fysieke klantcorrespondentie, al het mailverkeer en alle overige digitale correspondentie over de periode 1 januari 2010 tot en met 2011. Het accountantskantoor besloot de auditfiles ‘onder protest’ te verstrekken aan de FIOD.
Verhoor
Op 8 september 2016 werd accountant-administratieconsulent door de rechter-commissaris opgeroepen om te worden gehoord in de strafzaak tegen de vader van gemachtigde van klaagster. Dat verhoor vond een maand lager plaats. Volgens de klacht van de klaagster bij de Accountantskamer heeft de AA hiermee zijn geheimhoudingsplicht geschonden als mede gehandeld in strijd met de algemene voorwaarden van zijn werkgever, de fundamentele beginselen van integriteit, professionaliteit en vertrouwelijkheid en enkele bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Verplicht
De accountant-administratieconsulent verweerde zich door te stellen dat de vordering niet aan hem, maar aan het accountantskantoor was gericht. Dat zijn werkgever hieraan heeft voldaan kan hem niet tuchtrechtelijk worden aangerekend, aldus de AA. De voorzitter van de Accountantskamer, Sandra Schreuder, verwierp echter dit verweer omdat de accountant-administratieconsulent uitvoer heeft gegeven aan de vordering (die aan het kantoor was gericht). Maar het tweede verweer van de AA – dat hij wettelijk verplicht was mee te werken aan de vordering – snijdt volgens Schreuder wel doel. ‘Er is met de vordering ex artikel 126 nd Sv in ieder geval sprake van een openbaarmaking die door de wet wordt gevorderd, zodat de uitzonderingsbepaling in artikel 16, aanhef en onder a, van de VGBA aan de orde is. Accountant-administratieconsulent heeft het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid dan ook niet geschonden.’
‘Onder meer’
De klaagster meende voorts dat de accountant-administratieconsulent meer stukken aan de FIOD overhandigde dan was gevraagd. Zij maakte dit op uit de woorden de ‘onder meer’ de administratie was overhandigd uit een formulier. Maar welke stukken dan nog meer aan de FIOD zouden zijn gegeven wist de klaagster niet en zij kon haar klacht dan ook niet staven. Dit klachtonderdeel werd dan ook ongegrond bevonden.
Geheimhoudingsplicht?
Interessant was ook de klacht dat de AA niet had mogen meewerken aan een gedelegeerd rechter-commissaris-verhoor, omdat hij een geheimhoudingsplicht had. De klaagster stelde dat er geen enkele wettelijke verplichting was op basis waarvan accountant-administratieconsulent verplicht was aan het verhoor mee te werken nu de verplichting als bedoeld in artikel 213 Sv alleen geldt bij een verhoor door de rechter-commissaris en niet bij een gedelegeerd verhoor door de FIOD. De Accountantskamer haalde hierop de brief aan waarmee de accountant-administratieconsulent was opgeroepe als getuige. ‘De FIOD zal het verhoor namens de rechter-commissaris afnemen. U bent als getuige verplicht te verschijnen.’ De voorzitter van de Accountantskamer vond dat deze brief aan duidelijkheid niets te wensen overlaat. Accountant-administratieconsulent was verplicht aan dit verhoor mee te werken, ook al was het gedelegeerd aan de FIOD.
Lees hier de uitspraak, klacht 20/2530 Wtra AK.
Geef een antwoord