Een openstaande rekening van ruim 20.000 euro deed een administratiekantoor beslag leggen op de woning van een klant. Het ‘slachtoffer’ vroeg de rechter het hoger beroep af te wachten. ‘Als ik daarin gelijk krijg, is mijn huis voor niets verkocht. Zo’n woning vind ik nooit meer.’
Bij voorraad uitvoerbaar
Op 13 juli 2021 werd een man veroordeeld tot het betalen van € 23.626,29 aan een administratiekantoor voor geleverde diensten. Hij ging tegen deze veroordeling in hoger beroep. Het hoger beroep moet nog dienen. Toch stond hij onlangs opnieuw voor de rechter in deze kwestie. De man vocht de beslissing aan om het vonnis ‘bij voorraad uitvoerbaar’ te verklaren. In normale woorden: als de man het bedrag niet per direct betaalt mag het administratiekantoor zijn woning laten veilen om alsnog het geld te krijgen.
Pony en visvijver
De man heeft een woning waarbij ook een weide met pony en visvijver behoort. Zijn advocaat stelde dat zijn cliënt door executoriale verkoop dakloos zal worden. Een andere vergelijkbare woning met een eigen weide voor zijn pony en een vijver voor zijn vissen, zal niet te vinden zijn en als de man in hoger beroep in het gelijk wordt gesteld, zal hij alles voor niets zijn kwijt geraakt door de executoriale verkoop. Daarbij komt dat de vrouw van de man gezondheidsproblemen heeft en dat de geldvordering van het administratiekantoor betrekkelijk klein is ten opzichte van de waarde van de woning. Executoriale verkoop van de woning treft de man daarom onevenredig zwaar, aldus het pleidooi van de advocaat.
Los van hoger beroep
Maar zo werkt het niet. In principe mag een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis ook hangende het hoger beroep ten uitvoer worden gelegd. De rechter kan daarvan afwijken als door omstandigheden het belang van de veroordeelde bij behoud van de bestaande situatie zwaarder weegt dan het belang van de persoon die baat heeft bij uitvoering van het vonnis. In dit geval is daar geen sprake van, aldus de kortgedingrechter. Vervangende woonruimte hoeft niet volledig vergelijkbaar te zijn met de huidige woonsituatie van de man. Dat het door de gezondheidssituatie van de vrouw van de man ook niet zal lukken om vervangende woonruimte te vinden zonder ruimte bij huis voor een ponyweide en een visvijver vindt de rechter niet onderbouwd. Dat de vordering van het administratiekantoor ten opzichte van de waarde van de woning maar betrekkelijk klein is, speelt geen doorslaggevende rol.
Uitspraak
Volgens de rechter mag het vonnis worden uitgevoerd, temeer omdat de woning is bezwaard met nóg een executoriaal beslag. Zou de rechter het administratiekantoor in het ongelijk stellen, dan nog zou de man het risico lopen zijn huis kwijt te raken.
Lees hier de uitspraak.
Geef een reactie