
Na 34 jaar bestuursvoorzitterschap zit gas terugnemen er niet in voor Steef Visser, al was het alleen maar omdat hij in een Tesla rijdt. De leiding over Visser & Visser overdragen aan Jaco Slingerland betekent niet dat hij het op 63-jarige leeftijd wat rustiger aan gaat doen. Dat is niks voor Visser. ‘Rustiger aan? Ik ga er juist dingen bíj doen.’
Hij noemt zichzelf een ‘voorbijganger’, ondanks dat hij zelf in 1989 samen met Ger Visser (geen familie) aan de wieg heeft gestaan van het bedrijf waar hij nog volop actief blijft. ‘De plannen die we hadden, zijn niet veranderd. Alleen is mijn rol anders. Ik ben 63 en dan nadert het einde van je werkzame leven. Ik hoop nog een aantal jaren actief te zijn, maar ik wilde door bestuursvoorzitter te blijven niet in de weg staan van anderen en de schijn vermijden over mijn graf heen te regeren. Een voordeel is dat ik al een aantal jaren met Jaco heb samengewerkt en niet weg ben. Hij kan gebruik blijven maken van mijn ervaring en kennis. Maar ik hoef niet meer vooraan te staan. En op mijn leeftijd verantwoordelijk zijn voor innovatie: dat kan hier en daar als een beetje lachwekkend worden gezien. Ook al ben ik er volop mee bezig, anderen kunnen dat net zo goed en wellicht beter invullen dan ik.’
Ondernemerschap combineren met vakmanschap
Visser & Visser is een van de weinige middelgrote accountantskantoren waar de beide oprichters nog actief zijn, geeft Visser aan. Voor een voorbijganger houdt hij het dus behoorlijk lang uit. ‘Ik heb er 44 jaar opzitten in de branche – ik heb eerst tien jaar bij een voorganger van EY gewerkt. Voor mij was belangrijk dat ik het ondernemerschap kon combineren met het accountant zijn. Hoe ik dat heb gedaan? Ten eerste doordat ik het vak mooi vind: mensen geven je vertrouwen en dat vertrouwen kun je waarmaken. Daarnaast ben ik ook mens en ik heb bepaalde competenties; samen met Ger heb ik de mogelijkheid gekregen en genomen om de competentie ondernemerschap te ontwikkelen. Risico’s nemen, mogelijkheden zien: ik was op school slecht in geschiedenis omdat ik altijd vooruitkijk en niet achteruit. Dat zit in je of niet. En als je dan van je vak je onderneming kunt maken, is dat een win-winsituatie.’
Duurzaam
Visser stort zich in zijn nieuwe rol onder meer op duurzaamheid en blijft voor de buitenwereld het gezicht van Visser & Visser. ‘Duurzaamheid moet een plek krijgen in de hele organisatie en daarbuiten. Dat is nieuw en het is zoeken en dat zit ook in mijn karakter. De gemiddelde mkb-onderneming heeft duurzaamheid nog maar matig op de to-do-list staan. Het scheiden van afval gebeurt natuurlijk wel, maar het bewust omgaan met productieprocessen en het anders inrichten van bedrijfsmodellen, daarin kan nog veel worden gewonnen. Daar moeten wij onze klanten mee helpen. De overheid gaat een aantal zaken afdwingen met regelgeving en ook daar ligt voor ons een kans om waarde toe te voegen. Niet alleen door te rapporteren, maar ook door er het gesprek over aan te gaan met de klant.’
Lees ook: Het jaar van Steef Visser: ‘Stop met toezicht op details’
Daar is tijd voor nodig en dat is nu de grootste uitdaging, zegt Visser. ‘Mensen moeten opgeleid worden om de audit op duurzaamheidsgebied goed te kunnen uitvoeren, maar wij hebben alleen al voor de audit nu tientallen vacatures. De huidige medewerkers krijgen ook nog eens een nieuw vakgebied bij. Dat gaat bijna niet.’ Niet dat duurzaamheid geen gespreksonderwerp is, voegt Visser toe: ‘Er gebeurt al meer dan we denken, maar er zit nog weinig structuur in. De diepere laag, duurzame bedrijfsmodellen en maatschappelijk rendement inzichtelijk maken, daar hebben we nog een paar stappen te gaan.’
Wat Visser betreft kunnen we overigens best wat minder eendimensionaal naar het fenomeen duurzaamheid kijken. ‘Ik ben net naar Groningen geweest voor een afspraak met zeven mensen. Is dat duurzaam? Op het eerste gezicht misschien niet, want ik was veel reistijd kwijt. Maar ik heb daar contacten gelegd en we hebben samen een energie gecreëerd die je nooit zou hebben gehad als je een Teams-vergadering had gepland. En dat is ook duurzaamheid: zorgen dat mensen nieuwe energie opdoen door anderen te ontmoeten en te stimuleren.’
Consolidatie is niets nieuws
In de huidige accountantswereld wordt weer gesproken over consolidatie en de entree van private-equitypartijen. Visser heeft het al eerder gezien: ‘Toen ik begon met werken, was er ook een grote consolidatieslag die tot de latere Big Four leidde. Dus er is niks nieuws onder de zon. Ik ben ervan overtuigd dat het in de schaduw van de hele groten uitstekend toeven is voor organisaties die daarin hun plek kunnen vinden en autonoom groeien. Iets doen omdat anderen dat ook doen, daar moet je bij mij niet mee aankomen. Daar geloof ik niet in.’
Je moet wel afwegen welke risico’s en mogelijkheden er zijn, vervolgt hij. ‘Kun je als kleinere organisatie voldoen aan alle complianceregels bijvoorbeeld? Maar wat is klein? Wij gaan richting de 50 miljoen omzet: zijn we dan klein of groot? En is het dan noodzakelijk om met een ander bedrijf samen te gaan omdat je dan 150 miljoen omzet draait? Kun je alles dan beter aan? Ik vind het een platte discussie. Ik kijk liever naar onze kracht en die ligt bij het mkb en het persoonlijke (regionale) contact met klanten. Je organisatiecultuur kun je niet vertalen in een zak met geld. Maar je moet nooit nooit zeggen. Verkopen is nodig als je geen opvolging hebt of geen toetreding van partners, of onvoldoende capaciteit kunt aantrekken. Fuseren of overnemen is legitiem, maar er zijn vaak net zoveel redenen om het niet te doen. Vorig jaar hebben we weer 16 procent autonome groei geboekt. Wat wil je dan nog meer?’
Als adviseur blijft Visser dus gewoon betrokken bij zijn bedrijf en meer vrije tijd zit er voorlopig niet in. Maar dat hoeft niet voor hem: ‘Ik ben bijvoorbeeld ook bezig met de mogelijkheden van robotic accounting en ben op dat vlak de aanjager in de organisatie. Als ik even wat vrije tijd heb, zoek ik weer wat anders op. Ik heb veel te veel energie om dat niet te doen.’
Geef een reactie