Als accountant een diner bijwonen waarbij een verkoop wordt besproken, kan tot een pijnlijke situatie leiden wanneer een van beide partijen beschonken is. Een RA die dat overkwam, verklaarde naar waarheid over de bewuste avond en heeft daarom geen beroepsregels geschonden, oordeelt het gerechtshof in navolging van (onder meer) de Accountantskamer.
Twee BV’s zijn, elk via een Franse vennootschap, sinds 2001 samen eigenaar van een golfbaan. Maar die draait eigenlijk altijd verlies; een van de twee eigenaren wil vanaf 2014 zijn belang wel verkopen, maar dat wil niet vlotten. In 2016 wordt er met de mede-eigenaar gesproken over het overnemen van de resterende 50 procent. Daar wordt het een en ander over op papier gezet.
Begin 2017 wordt er door de zoon van de verkooplustige golfbaaneigenaar (die de zaken voor zijn vader regelt) en de mede-eigenaar gedineerd in gezelschap van een RA, die wegens zijn goede kennis van het Frans optreedt als adviseur van de twee. De zoon van de verkopende eigenaar schrijft later dat hij met zijn compagnon een akkoord bereikt over een verkoopprijs van een miljoen euro. Gedurende het diner komt de kopende partij erop terug: hij wil overleggen met zijn kinderen, maar de zoon is onverbiddelijk: ‘Een man een man een woord een woord’.
Dat laatste gaat niet helemaal op, want de koper krabbelt terug. De zoon schakelt daarom de RA in, die bij het etentje aanwezig: of hij wil bevestigen dat er een deal gesloten is. Maar dat wil de RA niet zonder meer: ‘Bij het weglopen van [de koper] erna was mij duidelijk dat hij op dat moment al erg dronken was. Veel meer dan dat ik vermoedde aan tafel. Toen hij terugkwam heeft hij aangegeven eerst met zijn kinderen te willen overleggen aangezien hij hun toestemming nodig heeft.’, zo laat hij weten. ‘Kortom ik ben van mening dat er een deal onder voorbehoud is gemaakt en door iemand die mijns inziens niet wilsbekwaam was.’ Dat is tegen het zere been en de zoon dient een klacht in bij de Accountantskamer. Maar die wordt op alle fronten ongegrond verklaard.
Wilsonbekwaam
Ondertussen ontstaat er ook voor de rechter een geschil waarbij de eventuele koper nogmaals aangeeft van de deal af te willen omdat hij vanwege overmatig drankgebruik wilsonbekwaam was. De RA ondersteunt door onder meer te verklaren dat de man ‘waggelde’ en letterlijk de weg kwijt was na toiletbezoek: hij kon zijn tafelgenoten niet meer vinden. Later brachten ze hem naar zijn hotelkamer, nadat ze hem uit zijn auto hadden weten te praten. De rechtbank neemt de sappige details, waarin ook nog een serveerster en een tatoeage een rol spelen, voor kennisgeving aan en oordeelt uiteindelijk dat er tijdens het diner wel degelijk een overeenkomst is gesloten, maar dat er – dronken of niet – een voorbehoud is gemaakt met betrekking tot de goedkeuring van de kinderen: de verkopende partij vangt dus bot. De RA valt niets te verwijten omdat hij geen verkeerde voorstelling van zaken heeft gegeven.
Geen beroepsregels geschonden
Bij het hof probeert de verkoper het nog met de bewering dat de RA bij de Accountantskamer ‘erop los’ heeft gesuggereerd. Maar ook het hof oordeelt dat de RA geen onjuiste verklaringen heeft afgelegd. ‘Daarbij is niet van belang of hij die dag aanwezig was als accountant dan wel als adviseur. Van handelen in strijd met de beroepsregels van accountants dan wel van onrechtmatig handelen […] is geen sprake.’
Geef een reactie