De introductie van de maatschappelijke BV zal nog lange tijd op zich laten wachten, als het al tot een wetsvoorstel komt. Aan het concept kleven nogal wat haken en ogen waar deskundigen zich over moeten buigen, zo schrijft demissionair minister Adriaansens (EZK) aan de Tweede Kamer.
De maatschappelijke BV (BVm) zou het voor lokale en provinciale overheden makkelijker moeten maken om de door een BVm gedreven onderneming als een maatschappelijke onderneming te herkennen. Over de nieuwe rechtsvorm was in 2021 een consultatie gehouden en er was een wetsvoorstel in voorbereiding, maar dat liet al een tijdje op zich wachten. Ruim anderhalf jaar terug liet de minister al weten dat een wetsvoorstel niet voor medio 2023 voor behandeling naar de Kamer zou worden gestuurd.
Kamervragen
Maar het bleef stil, waardoor Kamerlid Van der Graaf (ChristenUnie) in december eens bij de minister polste of er nog voortgang te melden was. Het antwoord liet drie maanden op zich wachten. ‘Het is mij bekend dat een groep ondernemers uitziet naar een wetsvoorstel inzake ondernemen met een maatschappelijke BV. Ik neem hun wens en de onderzoeken waaruit die volgt zeer serieus. Dat geldt ook voor het eveneens uit die onderzoeken volgende belang om deze ondernemers daarbij te stimuleren en te faciliteren. Ik hecht eraan dat dat waar mogelijk gebeurt.’
Geen overlap
Adriaansens vindt het echter ook belangrijk dat voldoende aandacht wordt besteed aan de kritische geluiden die zijn geuit. ‘Ook is van belang dat voldoende inzicht bestaat in hoe een eventuele regeling op dat vlak zich zal verhouden tot het al bestaande geheel van wettelijke bepalingen. Als er een wettelijke regeling komt, moet deze voldoende toegevoegde waarde bieden zodat ondernemers er gebruik van zullen maken: zij moet ondernemers immers faciliteren. Dat vergt dat een wettelijke regeling zowel praktisch als juridisch werkbaar is en niet leidt tot overlap of inconsistenties met al bestaande wettelijke bepalingen, met name op het terrein van het vennootschapsrecht.’
Eisen en handhaving lastig
Er is gewerkt aan een voorontwerp voor een wettelijke regeling dat ondernemers die met een maatschappelijke BV willen ondernemen een eenduidig en herkenbaar juridisch kader biedt. ‘Dit proces is vergevorderd maar nog niet afgerond. Op een aantal vlakken blijkt het lastig om de gewenste inpassing te bereiken met behoud van praktische bruikbaarheid en juridische consistentie. Het betreft met name de eisen, beperkingen en waarborgen die moeten worden geformuleerd met betrekking tot de wijze waarop wordt omgegaan met de winst en het vermogen van de maatschappelijke BV en de wijze waarop eventuele wettelijke voorschriften kunnen worden gehandhaafd.’
Dat voorontwerp wordt binnenkort voorgelegd aan deskundigen met de vraag of het als geheel naar hun inschatting een voor de praktijk nuttige en bruikbare, juridisch voldoende consistente en sluitende regeling biedt. ‘Daarbij zal ik hen in het bijzonder de vraag stellen of de ontworpen bepalingen over winst en vermogen naar hun inschatting voldoende effectief en praktisch werkbaar zijn dan wel of zij reden zien om alternatieve/andersluidende bepalingen op te nemen.’ Pas daarna wordt een besluit genomen over de voortgang. ‘Dit proces zal naar verwachting nog enige tijd in beslag nemen.’
Geef een reactie