Behalve een meerderheid in de Tweede Kamer ziet ook de demissionaire regering het inperken van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) niet zitten. Dat schrijft staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit) aan de Tweede Kamer vooruitlopend op een aanstaand debat over een initiatiefwetsvoorstel van PvdA en GroenLinks over box 2 en de BOR.
Het initiatiefwetsvoorstel bestond oorspronkelijk uit zes maatregelen, waarvan een deel inmiddels door het kabinet is overgenomen. Momenteel bestaat het nog het uitzonderen van aanmerkelijkbelangpakketten van minder dan 25 procent en het verlagen van de BOR-vrijstelling naar 25 procent met een maximum van 1 miljoen euro. Daarmee zou de BOR worden beperkt tot de oorspronkelijke doelgroep en het ‘cadeaueffect’ worden verminderd.
Toename belastingdruk
Van Rij is er geen voorstander van: ‘Het kabinet begrijpt de gedachtegang van de initiatiefnemers, maar kan zich niet vinden in de maatvoering van deze maatregelen. Het verlagen van de vrijstelling naar 25 procent zou een grote toename van de belastingdruk voor vele belastingplichtigen betekenen.’ De vrijstelling is al verlaagd naar 100 procent voor een goingconcernwaarde tot 1,5 miljoen miljoen en 75 procent van het meerdere in plaats van de huidige 83 procent. ‘Het samenstel van de genomen en nog te nemen kabinetsmaatregelen leidt ertoe dat de BOR doelmatiger wordt.’
Complexer en minder samenhang
Het kabinet wil met ingang van 1 januari 2026 de toegang tot de BOR en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang beperken tot reguliere aandelen met een minimum van 5 procent in het geplaatste aandelenkapitaal. ‘Hiermee wordt tevens de doelmatigheid verbeterd zonder dat echte ondernemers worden uitgesloten. Tevens blijft de samenhang met de definitie van een aanmerkelijk belang in stand. Bij de maatregel zoals die wordt voorgesteld in het initiatiefwetsvoorstel zou deze samenhang verloren gaan, wat de complexiteit zou doen toenemen.’ Bovendien zouden ondernemers die met meer dan vier
personen een onderneming in een vennootschap drijven, niet (allemaal) meer in aanmerking kunnen komen voor de BOR en DSR ab. ‘Het kabinet is daarom geen voorstander van een beperking van de toegang tot de BOR tot minimaal 25 procent van de gewone aandelen.’
In het eerste debat over het voorstel tekende zich al een Kamermeerderheid af die de inperking niet ziet zitten.
Geef een reactie