Een vennoot van een accountantskantoor* is door de Rechtbank Rotterdam veroordeeld tot 9 maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor faillissementsfraude en uitkeringsfraude. De man sluisde geld en goederen weg in het zicht van het faillissement van een postkoerierbedrijf en een transportbedrijf in Dordrecht en Nieuwerkerk aan de IJssel waar hij ook bestuurder van was. Daardoor werden crediteuren en werknemers ernstig gedupeerd, constateert de rechtbank. Ook verzweeg hij als ontvanger van een WW- en ZW-uitkering dat hij bestuurder was van de verschillende vennootschappen. Het totale fraudebedrag is tenminste 185.000 euro, het tekort in beide faillissementen meer dan 3 miljoen euro.
Uitspraak: ECLI:NL:RBROT:2020:7249
Faillissementen
Het postkoerierbedrijf werd op 4 oktober 2016 en het transportbedrijf op 1 november 2016 failliet verklaard. De verdachte was (middellijk) bestuurder van de beide vennootschappen. Ook was hij middellijk bestuurder van nog een postkoerierbedrijf en vennoot van een accountantskantoor. Na die tijd werden door de curator flink wat tekortkomingen geconstateerd.
Faillissementsfraude
De rechtbank acht bewezen dat de man zich als bestuurder van de gefailleerde schuldig gemaakt aan faillissementsfraude. Hij onttrok geldbedragen van in totaal € 37.000,- en negen bedrijfswagens met een totaalwaarde van meer dan € 64.000,- aan het vermogen van de vennootschappen door de bedragen door te sluizen naar het accountantskantoor. Dat gebeurde terwijl hij toen al wist dat een faillissement niet te voorkomen was. Hierdoor werden schuldeisers in hun verhaalsrechten benadeeld.
Geen volledige administratie
Daarnaast heeft de man niet voldaan aan het voeren van een volledige administratie en heeft hij zijn inlichtingenplicht tegenover de curator verzaakt. Hij heeft de curator ondanks herhaalde verzoeken niet de gevraagde informatie en documenten verstrekt en leverde geen volledige bedrijfsadministratie bij de curator in. Wat er wel aan administratie voorhanden was bleek onvoldoende te zijn. Voor de werknemers werd bovendien geen premie afgedragen. De verdachte heeft gehandeld zonder rekening te houden met de schuldeisers en de werknemers, spreekt de rechtbank uit.
Afwikkeling faillissementen bemoeilijkt
Door het uitblijven van inlichtingen en het ontbreken van een administratie kostte het de curator veel meer tijd en moeite om de rechten en verplichtingen van de failliete rechtspersonen vast te stellen dan wanneer de bestuurder wel de vereiste medewerking had verleend en een volledige administratie had gevoerd. Hierdoor werd een juiste afwikkeling van de faillissementen bemoeilijkt en werd de boedel op kosten gejaagd.
Uitkeringsfraude
Daarnaast heeft de man zich schuldig gemaakt aan uitkeringsfraude, stelt de rechtbank vast. Hij heeft als ontvanger van een WW- en ZW-uitkering niet opgegeven dat hij niet alleen bestuurder was van één slapende vennootschap, maar van meerdere, in bedrijf zijnde, vennootschappen waarvoor hij ook werkzaamheden verrichtte. Dit heeft ertoe geleid dat hij ten onrechte een uitkering van € 84.000,- heeft genoten.
Celstraf
Al met al vindt de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 9 maanden in dit geval passend en geboden. De rechtbank weegt ten nadele van de man mee dat hij nauwelijks openheid van zaken heeft gegeven en dat hij geprobeerd heeft anderen de schuld in de schoenen te schuiven. Hij heeft bovendien geen enkel inzicht in het laakbare van zijn handelen getoond. Van de stelling van de raadsvrouw dat hij ‘er alles aan gedaan zou hebben de boekhouding op orde te brengen’ is naar het oordeel van de rechtbank niets gebleken.
Verbod uitoefenen van beroep als bestuurder
De man heeft de misdrijven begaan in de uitoefening van het beroep van statutair bestuurder van een rechtspersoon. De rechtbank is daarom van oordeel dat een verbod tot het uitoefenen van het beroep als bestuurder van een rechtspersoon als bijkomende straf op z’n plek is. Daarbij wordt overwogen dat de man zijn functie als bestuurder heeft ingezet voor eigen financieel gewin en daarmee crediteuren en werknemers ernstig heeft gedupeerd. Het beroepsverbod is ter bescherming van toekomstige schuldeisers. De termijn zal daarbij worden vastgesteld op vijf jaren.
*In de uitspraak wordt consequent gesproken over een accountantskantoor, maar éénmaal wordt vermeld dat het om een administratie-en belastingadvieskantoor zou gaan.
Dekeyzer zegt
ik had 2 bloeide horeca zaken in 2016 in coma geraakt en had 1 miljoen euro winst toen ik terug kwam 160.000€ verlies achterstal rsz,onbetaalde facturen, afname rekening courant geen cijfers toch niet correct niemand wou jaarekening neerleggen, bewijzen genoeg curators 3 in totaal geven geen gehoor alles weg tot mijn dochter haar spaarrekening
Nu 2021 wel alles faling maar ze leggen niks neer resultaat ik ben niks meer ocmw geen leefloon
2019 dakloze centrum ziekte uitkering niks was van hamswege geschrapt een wild vreemde geeft onderdak en eten
Adres staat sinds 9 maand bij haar je moest is weten
Als je goed bent ben je de beste als het minder gaat ben je een stuk vuil