
De Kamer voor het notariaat in Den Haag heeft aan twee notarissen en een kandidaat-notaris van Pels Rijcken de maatregel van berisping opgelegd. De tuchtrechter verklaarde de klacht tegen een vierde, een toegevoegd notaris, ongegrond. Het Bureau Financieel Toezicht (BFT) diende eind vorig jaar de klachten tegen de vier in naar aanleiding van een onderzoek naar de fraude door notaris Frank Oranje, in leven notaris en bestuursvoorzitter van Pels Rijcken. Het BFT verweet de vier niet betrokkenheid bij de fraude. Wel werd hen verweten niet zorgvuldig genoeg te zijn geweest.
‘Eerder brutaal dan briljant’
De twee notarissen erkennen dat zij niet hebben niet gezorgd voor een adequate administratie en controle binnen het kantoor. Volgens de Kamer hadden de twee kritischer moeten zijn over de aparte derdengeldenrekeningen die Oranje had geopend. Ook ontbrak elk zicht op de cheques die Oranje – ter compensatie van gedupeerde aandeelhouders – eigenhandig printte en verzond (en een aantal als onbestelbaar retour ontving).
Een van de notarissen heeft daarnaast bij het wijzigen van de statuten van een stichting intern een akte gepasseerd zonder extra onderzoek te doen of een dossiernotitie te maken van die wijziging. Dat had wel gemoeten. Zijn kantoorgenoot Oranje was bij die stichting als bestuurder betrokken: dat vraagt om extra oplettendheid. Verder hadden de notarissen de derdengeldenrekeningen van het kantoor niet mogen laten gebruiken voor geldbeheer-activiteiten (escrow-activiteiten). De klacht dat de notarissen als bank hebben gefunctioneerd is gegrond.
Het gezag dat Oranje als ervaren notaris en bestuursvoorzitter genoot maakt niet dat hij volledig ongecontroleerd kon handelen. Van geraffineerde malversaties was geen sprake; zijn handelen was eerder brutaal dan briljant. De notarissen zijn voor het tekort op derdengeldenrekeningen verder niet verantwoordelijk. Het tekort op de derdengeldenrekening dat door Oranje was ontstaan is voldoende snel aangezuiverd. De klacht over de manier waarop het kantoor anti-witwasfunctionarissen in de organisatie had ingepast is ongegrond.
Berisping
Het nalaten van de notarissen is zo ernstig dat eigenlijk een schorsing gerechtvaardigd zou zijn, oordeelt de Kamer. De schade die het aanzien van het notariaat in het algemeen heeft geleden, is echter toegebracht door het frauduleus handelen van Oranje, niet door het nalaten van de notarissen. De notarissen hebben zich ingespannen voor diepgravend onderzoek, financieel herstel en compensatie. Bovendien hebben beide notarissen hun ontslag aangevraagd, ver voor de wettelijke ontslagleeftijd. Daarom komt de Kamer tot een berisping.
Kandidaat-notaris
Het verwijt tegen de kandidaat-notaris is dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld bij de financiële afronding van een dossier waarin het kantoor ruim € 58 miljoen beheerde voor een stichting die zich bezighield met de compensatie van gedupeerde aandeelhouders.
Bij de controle of de stichting geen vermogen meer had, heeft hij niet alle dertien bankrekeningen in dat dossier gecontroleerd, hoewel hij wist dat er meer dan één rekening was. Hij heeft de stichting laten weten dat er geen geld te verdelen was. Op een van die andere rekeningen stond echter ruim € 7,7 miljoen. Oranje heeft het geld later overgemaakt naar een eigen rekening.De kandidaat-notaris, die al acht jaar ervaring had, is ‘in ernstige mate tekortgeschoten in de op hem rustende onderzoeksplicht’. Hij heeft bovendien zijn eigen rol en verantwoordelijkheid miskend: hij deed zijn werkzaamheden af als administratieve taken en secretaressewerk. Dat gebrek aan inzicht, gekoppeld aan een beperkte en weinig onafhankelijke taakopvatting, baart de Kamer zorgen.
Toegevoegd notaris
De toegevoegd notaris was door Oranje gevraagd om uit te zoeken welk bedrag er nog openstond in een bepaald dossier en hoeveel rente er was ontvangen. Omdat het financieel overzicht onduidelijk was, heeft de toegevoegd notaris zelf een berekening gemaakt. Hij heeft vragen gesteld aan de afdeling financiële zaken. Ook heeft hij aan Oranje gevraagd bepaalde geldstromen na te kijken. Die liet de toegevoegd notaris daarop weten dat hij verder niks hoefde te doen. De toegevoegd notaris heeft ‘consciëntieus en met de grootst mogelijke zorgvuldigheid gehandeld’.
Geef een reactie