
Het ziekteverzuim van werknemers lag in het vierde kwartaal van 2022 opnieuw hoger dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Vanaf 2016 is dat elk jaar zo geweest. Eind vorig jaar was het ziekteverzuim 5,6 procent. Dat is bijna net zo hoog als in 2000, toen het hoogste verzuim werd gemeten uit de reeks vanaf 1996. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.
Een verzuimpercentage van 5,6 betekent dat 56 van elke duizend te werken dagen zijn verzuimd wegens ziekte. Omdat het ziekteverzuim een seizoenpatroon vertoont – het verzuim is in het eerste en in het vierde kwartaal doorgaans hoger dan in het voorjaar en de zomer -, worden de cijfers vergeleken met dezelfde periode in voorgaande jaren.
In meeste bedrijfstakken meer verzuim
In de meeste bedrijfstakken lag het verzuim in het vierde kwartaal van 2022 hoger dan een jaar eerder. Net als in voorgaande kwartalen was het verzuim het hoogst in de bedrijfstak gezondheids- en welzijnszorg (8,0 procent).
Bij het openbaar bestuur was het verschil met een jaar eerder het grootst: 5,7 procent in 2021 en 6,4 procent in 2022. Daarmee lag het verzuim in deze bedrijfstak voor het eerst in 19 jaar hoger dan 6 procent. Ook in het water- en afvalbeheer nam het verzuim sterk toe, van 6,5 procent naar 7,1 procent. Niet eerder was het verzuim in een vierde kwartaal in deze bedrijfstak zo hoog.
Het verzuim was het laagst in de landbouw en visserij. In deze branche lag het verzuimpercentage eind 2021 op 3,8 en eind 2022 op 3,3.
Bron: CBS
Geef een antwoord