
“Of accountants ondernemers zijn?” Pieter moet lachen. “Daar vraag je me wat.” Gijs is op bezoek bij Pieter. Pieter is voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Ondernemersbelangen. NVO in het algemeen spraakgebruik. Gijs had de gegevens van Pieter van Jan doorgekregen en daarna gebeld en een afspraak gemaakt.
Gijs kijkt naar buiten. Wat een saai uitzicht, als hij heel erg zijn best doet dan ziet hij in de verte nog iemand bewegen. Het lijkt een fietser. Maar verder is het alleen maar dak. Daken met tegels, buizen en airco’s en allerhande metalen en plastic opbouwen waarvan Gijs zich afvraagt waarvoor dat dient. Dat je hier als NVO wilt zitten, denkt Gijs. Maar goed, misschien kijkt Pieter alleen naar de functionaliteit van het gebouw. Binnen is er niet zoveel op aan te merken. De bordeauxrode stoelen passen prima bij de mahoniehout gefineerde tafels.
“Wat vind je zelf?” vraagt Pieter.
“Ja, daar heb ik dus nog geen mening over. Ik ben bezig met een onderzoek en wil vooral weten hoe anderen, zoals jij, daartegen aan kijken.”
“Het is natuurlijk de vraag wat je onder ondernemerschap verstaat. Want daarin heb je ook grote verschillen. Voor de Belastingdienst ben je al snel een ondernemer, hoewel ze nu wel druk zijn met de aanpakken van allerlei leuke belastingvoordelen voor ZZP’ers. Alsof de ZZP’er geen ondernemer is. Natuurlijk, schijnconstructies moeten we aanpakken. Maar in mijn ledenbestand zitten toch heel wat ZZP’ers die ik echt wel ondernemer zou willen noemen.”
Er staat een kan met water op tafel. Pieter schenkt twee glazen water in.
“Weet je, ik werk zelf met twee accountants. De ene accountant schakel ik in voor wat ik maar compliance werk noem. Ofwel die voorkomt dat ik problemen krijg met de Belastingdienst. Die doet zijn werk goed, niets op aan te merken. Maar voor het sparren, het inspireren heb ik een andere accountant. Die opent voor mij nieuwe horizons, houdt mij op de hoogte van toekomstige ontwikkelingen. Ik zou niet eens willen dat hij mijn jaarrekening of aangiften doet.”
“Zou iedere ondernemer dan twee accountants moeten hebben?”
“Dat zeg ik niet. Ik heb het over mijn eigen situatie. Maar ik merk echt wel dat er verschil zit in stijl en aanpak van accountants. Dat hoor ik ook terug van mijn leden. Wat er vaak mist is een beetje pit. Maar ik denk dat juist in deze tijd, ondernemers dat nodig hebben, adviseurs met pit. Die zeggen: ‘Hé ondernemer ik las gisteren in de krant dat de regering die en die maatregel neemt. Wat betekent dit nu voor jou?’ En dat gaat verder dan belastingadvies. Daar zijn ze wel scherp op. Onze mailbox puilt uit in december als we de eindejaarstips ontvangen of een zogenaamde Prinsjesdagmail. Voor 98% zijn die nieuwsbrieven en berichten identiek. Er staat niets nieuws in. Niets waarvan ik als ondernemer denk: hiervoor ga ik eens op het puntje van mijn stoel zitten, of hiervoor pak ik eens de telefoon om mijn adviseur te appen met de vraag om eens een keer af te spreken.”
“Laten we dan een stapje terug gaan. Wat vind jij nou een echte ondernemer?” Gijs wipt met zijn stoel.
“Zoals ik al zei. Je hebt ondernemers in soorten en maten. Je hebt de doelgerichte ondernemer, die altijd overal kansen ziet. Je hebt innovatieve ondernemers altijd met vernieuwing bezig. Heel veel ondernemers zijn goede vakmensen, daar kun je van op aan. Ze doen hun werk correct, hebben nooit klachten. Je hebt ondernemers die hebben een sociaal hart, staan altijd klaar voor de ander en vergeten zichzelf wel eens. Dat is een ruwe doorsnede van mijn achterban. En allemaal verdienen ze een inkomen.”
“Dus iedereen kan ondernemer zijn?” Gijs vraagt het plagend.
“Daar zou ik mijn hand niet voor in het vuur durven te steken. Maar ik denk dat er wel verschil is in het succesvol zijn. Succesvolle ondernemers zijn toch vaak ondernemers met een sterke focus, die iedere dag met hun zaak bezig zijn. Ondernemers die veel sparren, nieuwe ontwikkelingen volgen en meer werken aan de zaak dan in de zaak.”
“En hoe zit dat dan bij accountants?”
“Ik denk dat veel accountants vooral bezig zijn met het uitoefenen van een professie. Daar krijgen ze energie van. Dat ze dat kunnen doen op de manier zoals ze het nu doen komt vooral doordat ze relatief bezien weinig risico lopen. Ze hebben altijd werk, dus over inkomen hoeven ze zich niet direct zorgen te maken. Ik vergelijk het weleens met een medici, die hebben ook altijd patiënten. Voor para-medici ligt dat veel lastiger, die zijn niet wettelijk beschermd. Dus die moeten het naast hun professie ook hebben van ondernemerschap, tenminste willen ze op de lange termijn overleven.”
“Dus accountants hoeven niet zo bang te zijn als het gaat om hun inkomen?”
“Dat is een ander verhaal. Als ik wel eens word uitgenodigd op een meeting met accountants, dan zie ik best grote verschillen in de manier waarop zaken organisatorisch worden aangepakt. Dat raakt op termijn wel het verdienvermogen van zo’n accountant. Alleen als je heel druk bent, dan zie je niet dat anderen aan jouw verdienmodel knagen. Je hebt er ook geen tijd voor om je erin te verdiepen. En daar zie ik weer een parallel met veel van mijn leden. Ook die zijn altijd druk, en dan gebeurt er iets. Er komt een nieuwe concurrent, wetgeving verandert, er komt een slimme app. Noem maar op en dan bellen ze mij. ‘Pieter, hoe kan dat nu? Dat ik dat niet heb zien aankomen. Al mijn klanten gaan naar die nieuwe keten. Wat moet ik doen?’ Dat is vaak lastig, want het tij kan je niet zomaar keren. In veel gevallen rest er niets anders dan genoegen nemen met een lager inkomen of het stoppen van de onderneming.”
“Dat zie je dus ook bij accountants gebeuren”
“Ja, bij een deel. En dat komt omdat ze te weinig met hun kantoor, dat is hun onderneming bezig zijn. Ze zijn risicomijdend, kijken de kat uit de boom, proberen vooral te behouden wat ze nu hebben. En dat is een strategie die jarenlang goed kan uitpakken. Maar op termijn loop je daarin vast.”
“Ik hoor de accountants al zeggen. Er wordt al tien, twintig jaar geroepen dat ons beroep verandert, dat we op termijn geen businesscase hebben.”
“Ja, dat herken ik. Ik ken ze zelf ook wel die goeroes en misschien heb ik mijzelf daar ook wel eens schuldig aangemaakt. Maar dat wil niet zeggen dat alles zo blijft als het nu is. Daarom moet je vooruitkijken. Je afvragen als accountant, wat betekenen ontwikkelingen als digitalisering, een krimpende arbeidsmarkt, de toenemende aandacht en nieuwe regelgeving op het terrein van duurzaamheid nu voor mijn klanten, mijn medewerkers, mij persoonlijk en mijn kantoor? En dan ook graag in die volgorde. Dus niet beginnen bij je kantoor, maar beginnen bij je klant.”
“De klant centraal dus”
“Inderdaad. En zie die klant niet als iemand voor wie je een klus doet en dat je die klus dan vervolgens weer van je lijstje af kan strepen. Nee, die klant is een levende persoon met een onderneming die ook weer de hele dag in verbinding staat met andere mensen. Als je die klant als een levende persoon met wensen, behoeften, grillen en onhebbelijkheden ziet dan kan je ook een vertrouwensband opbouwen en dan kan je ook iets zeggen over het vertrouwen dat je hebt in de cijfers en de informatie die de klant aandraagt.”
Jan Wietsma
Eerdere afleveringen:
Geef een reactie