De eigenaar van een accountantskantoor trok een rookgordijn op om te verbloemen dat bij zijn bedrijf tegen de regels in samenstellingsverklaringen werden afgegeven door belastingadviseurs. Onder meer om die reden legt de Accountantskamer de RA een doorhaling van een jaar op.
De RA is een van de grondleggers en naamgever van een accountantskantoor met vijf vestigingen. Hij is naast beleidsbepaler naar eigen zeggen ook de kwaliteitsbepaler. De accountantspraktijk is een 100 procent-deelneming van een stichting waarvan hij enig bestuurder is. Controleopdrachten worden uitgevoerd door een separate vennootschap die over een Wta-vergunning beschikt.
Toetsing: onvoldoende
Het kantoor wordt in 2021 getoetst door de NBA en daarbij komen een aantal tekortkomingen aan het licht. Die worden besproken met de AA die als kwaliteitsbepaler is geregistreerd. Zo worden op twee vestigingen samenstellingsverklaringen afgegeven door belastingadviseurs die werkzaam zijn binnen het kantoor. Verder blijkt geen toereikende beroepsaansprakelijkheidsverzekering te zijn afgesloten.
De AA legt daarna zijn functie als kwaliteitsbepaler neer, waarna de eigenaar de communicatie met het toetsingsteam overneemt.
In oktober volgt het toetsingsverslag. Conclusie: het stelsel van kwaliteitsbeheersing voldoet in opzet en werking niet aan de daaraan te stellen eisen. De reactie van de RA is dat geen nieuwe kwaliteitsbepaler nodig is omdat hij dat is en ook steeds is geweest. Ook zouden afdoende maatregelen zijn getroffen om de tekortkomingen in het stelsel van kwaliteitsbeheersing op te heffen.
Accountants bezorgd
In het definitieve verslag worden twee tekortkomingen gehandhaafd. Het eindoordeel luidt: ‘onvoldoende’. Er wordt onder meer geconstateerd dat ‘belangrijke beslissingen om voormelde schendingen op te lossen worden uitgesteld’. Verder blijkt uit het vaktechnisch overleg van de accountants van kantoor dat alle betrokken accountants het erover eens zijn dat het afgeven van samenstellingsverklaringen door belastingadviseurs van kantoor niet is toegestaan en dat dat de continuïteit van het bedrijf in gevaar brengt. De Raad voor Toezicht adviseert het bestuur van de NBA om een tuchtklacht in te dienen; de RA heeft vergeefs tot aan het CBb bezwaar gemaakt tegen dat advies.
Verweer: regels niet van toepassing
De zaak komt dus voor de Accountantskamer. De eigenaar is verantwoordelijk voor twee terkortkomingen in het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing van de accountantspraktijk, luidt de klacht: samenstellingsverklaringen bij jaarrekeningen worden afgegeven door belastingadviseurs die werkzaam zijn binnen het kantoor en er zijn geen stukken waaruit blijkt dat voor het accountantskantoor een toereikende beroepsaansprakelijkheidsverzekering is afgesloten. De RA betwist dat en stelt dat de belastingadviseurs niet onder de accountantspraktijk vallen en daarmee niet onder de accountantstoezichtregels. Ook zou er wel een toereikende beroepsaansprakelijkheidsverzekering zijn.
‘Inbreuk op vrij verkeer van diensten’
De eigenaar stelt dat de bepalingen van de NVKS een ontoelaatbare inbreuk vormen op het fundamentele EU-recht op het vrij verkeer van diensten. Door de artikelen 8a, 8b en 8c beoogt de NBA accountants te verbieden te werken bij organisaties waarin volstrekt legale samenstellingsverklaringen worden afgegeven door niet-accountants, vindt hij. Maar daarmee schiet hij mis, want over de inhoud van verordeningen kan niet worden geklaagd, aldus de tuchtrechter. ‘Op grond van het bepaalde in artikel 35 lid 1 Wet op het accountantsberoep (Wab) kunnen verordeningen en andere besluiten bij koninklijk besluit worden vernietigd. Daarmee is het toezicht opgedragen aan de Kroon.’
Oude regelgeving niet meer aan de orde
Verder voert de RA nog een schending van afspraken aan: in 2015 zou door ‘de toenmalig NBA-voorzitter’ zijn aangegeven dat het kantoor de eerste zes jaar niet opnieuw zou worden getoetst, terwijl er in 2020/2021 toch een nieuw onderzoek is ingesteld. De Accountantskamer vindt echter de handgeschreven notitie die dat moet aantonen onvoldoende. ‘Kennelijk was dat een verwachting, maar een afspraak kan er niet in worden gelezen.’ De toetsing was medio 2021 en dat is zes jaar na het overleg met de vermeende voorzitter, die als ‘mevrouw’ wordt aangeduid (waarschijnlijk wordt hier een NBA-bestuurslid bedoeld). Die zou ook hebben aangegeven dat ‘de accountantstoezichtregels alleen van toepassing zijn op de activiteiten auditing en accountants’. Maar het is niet duidelijk in welke context deze uitspraken zouden zijn gedaan en bovendien golden in 2015 andere voorschriften, zo stelt de Accountantskamer vast. ‘Nu deze regelgeving in 2018 is vervangen door de Nadere Voorschriften Kwaliteitssystemen (NVKS), kan het verweer betrokkene niet baten en dient voor de beoordeling van dit klachtonderdeel van de nieuwe regelgeving te worden uitgegaan.’
Geen maatregelen getroffen
De RA was in elk geval als kwaliteitsbepaler verantwoordelijk, oordeelt de Accountantskamer. Zijn verweer dat er geen sprake is van een netwerk, maar een samenwerking tussen de vestigingen en dat de accountantspraktijken strikt gescheiden zijn, wordt verworpen. De NVKS vereist verder passende maatregelen van de kwaliteitsbepaler indien deze zich bewust wordt van informatie waaruit volgt dat een samenstellingsopdracht wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van een andere professional dan een accountant. ‘Dat heeft betrokkene nagelaten. Betrokkene kan daarvan op grond van artikel 8c NVKS als kwaliteitsbepaler een verwijt worden gemaakt. Betrokkene heeft ter zitting aangegeven een notariële herstructurering door te willen voeren, maar nu die nog niet is gerealiseerd zal aan dat verweer voorbij worden gegaan.’
Aansprakelijkheidsdekking niet aangetoond
Het verweer dat er wel degelijk een aansprakelijkheidsdekking is, slaagt evenmin. ‘Hoewel betrokkene bestrijdt dat sprake is van een netwerk met [de Wta-vergunninghouder] betoogt hij dat de accountantspraktijk is meeverzekerd via de bedrijfsverzekering van die vennootschap.’ Uit de overgelegde gegevens blijkt niet dat een toereikende beroepsaansprakelijkheidsverzekering is afgesloten ten behoeve van de accountantspraktijk. ‘Het verzekerd bedrag van maximaal 1 miljoen euro per verzekeringsjaar lijkt daar evenmin op te wijzen. Bij de bijzondere bepalingen van de polis is geen vermelding ten behoeve van de accountantspraktijk van betrokkene opgenomen.’
Rookgordijn opgetrokken
De klacht is gegrond en de RA wordt voor een jaar doorgehaald. ‘Betrokkene heeft ter zitting geen blijk gegeven de regelgeving en daarin genoemde definities te snappen. Hij heeft evenmin een professioneel-kritische instelling getoond ten tijde van de toetsing en de uitleg daarbij niet willen accepteren. In plaats daarvan heeft betrokkene een rookgordijn opgetrokken over de organisatie van zijn accountantspraktijk en geeft hij een verkeerde voorstelling van zaken over de verbanden tussen de vennootschappen.’
De eigenaar trekt zich niets aan van de mening van anderen, oordeelt de tuchtrechter. ‘Dat blijkt ook uit complianceverslagen van 2019 en 2020 waarbij door accountants van de organisatie in het VTO al is aangekaart dat de werkwijze een bedreiging is voor de continuïteit van de bedrijfsvoering van de accountantspraktijk. Niettemin is betrokkene blijven volharden in de werkwijze en heeft hij geen adequate invulling gegeven aan zijn rol als kwaliteitsbepaler. De Accountantskamer acht het handelen van betrokkene ernstig laakbaar en verwijtbaar.’
Uitspraak: 23/1464 Wtra AK
G Timmerman zegt
Wel een heel beetje een verwarrend verhaal. Want niets of niemand belet de dochter van de bakker om de hoek om een samenstellingsverklaring af te geven, of het nu gaat over een fiscaal jaarrapport van een vakgenoot of een bruidstaart. Dezelfde mogelijkheid heeft een belastingconsulent of welke titel ook gevoerd mag worden. Waar wringt dan de schoen? Dat blijkt uit de zinsnede: dat een samenstellingsopdracht wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van een andere professional dan een accountant. Dus bij het hoog houden van de schijn alsof de accountant zich er mee zou hebben bemoeid. Overigens zoals al gesteld ook niet-professionals kunnen en mogen een prachtige klinkende samenstellingsverklaring afgeven en kunnen prima daarin verklaren dat ze zich aan de wettelijke voorschriften hebben gehouden. Want dat is immers niet alleen de accountant verplicht. De pijnlijke conclusie moet zijn dat een samenstellingsverklaring -op zich- het niveau van gebakken lucht niet ontstijgt. Alle lekkere bruidstaarten ten spijt?
Mr J.Th.Seebus zegt
Misschien is het verwarrend door alles aan de samenstellingsverklaring te koppelen, maar gelet op de context lijkt mij dat er meer zaken spelen.
Onvoldoende verzekeringsdekking in combinatie met een onduidelijke juridische bedrijfsstructuur, onvrede bij medewerkers en zoals ik het lees, geen dialoog mogelijk met de RA grondlegger. Een management zwakte welke de professionaliteit onder druk zet. Allemaal zaken die inderdaad de continuïteit kunnen bedreigen. Geen kers op de taart zullen wij maar zeggen.