De tweede bijeenkomst, die twee weken na de eerste bijeenkomst plaatsvindt, start met een korte samenvatting van de afspraken uit de eerste bijeenkomst, gevolgd door het ondertekenen van de mediationovereenkomst.
Daarna maak ik de overstap naar de kwestie zelf. Ook nu vat ik eerst samen wat volgens partijen zelf de kwestie is. De vorige keer hadden zowel Jan als Piet onvoldoende scherp voor ogen wat ze met de mediation wilde bereiken. Ook komt het met regelmaat voor dat partijen aangeven wat ze niet (meer) willen. Op zich een prima eerste stap, maar het is van belang om erachter te komen wat partijen daarvoor in de plaats willen.
Beiden geven aan dat ze er wel over nagedacht hebben, maar komen vervolgens nauwelijks verder dan tijdens de eerste bijeenkomst.
Akelig stil
Op mijn vraag wat ze tot nu toe hebben ondernomen om er zelf uit te komen, wordt het akelig stil. Eigenlijk hebben partijen nagenoeg niks gedaan. Direct bij de eerste poging daartoe, kregen ze een ‘aanvaring’, zoals ze het zelf noemen. Daarna hebben ze er niet meer met elkaar over gesproken, tot de vorige bijeenkomst.
Tijdens de eerste bijeenkomst is er al een verkenning geweest over het ontstaan van hun samenwerking tot het moment van ‘nu’. Een ding lijkt vrij helder. Partijen praten sowieso meer tegen elkaar dan met elkaar. Om deze reden overweeg ik een coachachtige (communicatiegerichte) benadering. Partijen schieten al met een gangetje van 20 km per uur uit de bocht. In dat geval zijn gewone rijlessen nuttiger dan een slipcursus.
‘Gezellig’
Ik besluit om eerst op een luchtige wijze de vrouw van Piet ‘erbij’ te halen. ‘Piet, de vorige keer gaf je aan dat je hier alleen zit omdat je vrouw dat wilt. Luister je altijd zo goed naar je vrouw?’ Er komt een glimlach op het gezicht van Piet. ‘Nou, …’. Daarna lijkt het ijs te breken. Piet vertelt meer over hoe hij in elkaar zit, dat zijn vrouw hem het beste kent, etc. ‘Luister jij nog wel eens naar je vrouw, Jan? Wat zou zij tegen jou zeggen?’ Ook Jan beweegt nu opeens. Hij geeft o.a. aan dat een verkoper wel moet volhouden en soms een beetje moet ‘drammen’. ‘Ja, op een vriendelijke manier, hè’. Daarna dreigt het zowaar enigszins ‘gezellig’ te worden. Mijn waarneming klopt. Hun relatie gaat niet de diepte in. Ze houden het letterlijk en figuurlijk graag werkend.
Daar is op zich niks mis mee. Als beiden dat willen en het werkt. Maar het nadeel in hun geval is, dat als er een kwestie is, zij geen idee hebben wat ze moeten doen. Ze sluiten zich dan af en zetten zichzelf vast.
Circulair gedrag
Ik bespreek dit met ze. Aan de hand van een tekening laat ik ze zien wat er gebeurt. Welk circulair gedrag er wordt vertoond. En ook, hoe je dat kunt doorbreken. Ook geef ik ze mee dat hier best veel te halen – en dus te leren – valt. Iets om in overweging te nemen. Maar voor nu lost het de kwestie nog niet op.
Omdat de bijeenkomst al meer dan anderhalf uur duurt, besluit ik om hier te stoppen. Op het punt van een positief gevoel. Ik stel voor om over 10 dagen weer bij elkaar te komen en vraag ze nogmaals om goed na te denken wat ze zouden willen bereiken als de mediation voltooid is.
Ik heb een voorgevoel… Wordt vervolgd…
drs. Servaas M.M. Vrijburg is algemeen directeur Fiscount | zakelijk mediator | behulpzaam bij leiderschapsontwikkeling
Lees wat voorafging:
Geef een reactie