De volledige heropening van winkels eind april heeft met name elektronica- en sportzaken een sterke omzetgroei opgeleverd: die zagen de inkomsten meer dan verdubbelen afgelopen maand, meldt ABN Amro.
Dat de versoepelingen – winkelen zonder afspraak – tot omzetstijging zouden leiden, was niet moeilijk te voorspellen. ABN Amro bekeek de transactiedata van mei en onderzocht welke winkels het meest profiteerden, afgezet tegen de maand april. Elektronicazaken gaan aan kop met een plus van 121 procent, gevolgd door de sportwinkels (plus 114 procent). Meubelzaken (plus 85 procent), kledingwinkels (plus 71 procent) en doe-het-zelfzaken (plus 70 procent) hoorden de kassa ook veel vaker rinkelen.
Kleding van online naar fysiek
De online verkoop liep wat terug; volgens de bank hebben met name kledingwebsites daar last van; daar daalden de omzetcijfers met 8 procent. ‘Er lijkt dus een duidelijke groep consumenten te zijn die liever kleding in de winkel ziet en past dan dat zij deze online kopen.’ Op internet blijven elektronicawinkels het goed doen: daar is de omzet in mei (opnieuw) het dubbele van de omzet die twee jaar terug nog werd geboekt.
Supermarkten leveren in, maar niet online
De foodsector kent een andere ontwikkeling: zij boekten meer omzet tijdens de crisis, maar moeten nu een kleine daling toestaan. Supermarkten leverden 2 procent in, speciaalzaken 5 procent. Ten opzichte van dezelfde periode in 2019 zetten voedingsspeciaalzaken nog steeds 51 procent meer om. Voor de supermarkten was dat 21 procent meer. Online boodschappen bestellen is duidelijk een blijvertje: in mei boekten online supermarkten een omzet die ruim 400 procent hoger was dan in mei 2019. Ten opzichte van april ging de omzet 9 procent omhoog.
Als de horeca verder opengaat, kan dat de omzet van de voedselwinkels verder aantasten, al zullen sport(kijk)evenementen als het EK voetbal en de Olympische Spelen juist weer zorgen voor het extra inslaan van eten en drinken, denkt ABN Amro.
Geef een reactie