De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft definitief een bestuurlijke boete van €50.000 opgelegd aan B.A van Doorn & Comp. B.V. (Van Doorn). De boete is opgelegd vanwege het niet (onverwijld) melden van een redelijk vermoeden van het gebruik van voorwetenschap door een van haar cliënten. Dat is een overtreding van artikel 5:62, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht (Wft) (oud).
Dit artikel verplicht een beleggingsonderneming die een redelijk vermoeden heeft dat een transactie of een opdracht tot een transactie waarvoor zij in of vanuit Nederland werkzaamheden heeft verricht in strijd is met het verbod op het gebruik van voorwetenschap, dit onverwijld aan de AFM te melden.
Speculatief
Van Doorn heeft haar cliënt ten tijde van de overtreding een e-mail gestuurd waarin zij onderbouwt waarom zij de aankoop van aandelen in een bepaalde onderneming uitermate speculatief vindt. Ondanks het advies gaf de cliënt dezelfde dag opdracht tot aankoop die dag van aandelen in die onderneming. De opdracht heeft Van Doorn dezelfde dag uitgevoerd. Van Doorn was ermee bekend dat haar cliënt beschikte over connecties in de sector. Diezelfde dag verscheen een bericht dat een positieve invloed had op de koers van de door de cliënt van Van Doorn gekochte aandelen. Van Doorn heeft kennis genomen van de koersstijging die hier op volgde en vermoedde volgens de AFM het gebruik van voorwetenschap door haar cliënt. Het basis boetebedrag voor overtreding van artikel 5:62, eerste lid, Wft (oud) bedraagt €500.000. Dit bedrag is verlaagd tot €50.000 vanwege de draagkracht van Van Doorn.
Bezwaar
Van Doorn heeft bezwaar gemaakt tegen het boetebesluit, waarop de AFM een beslissing heeft genomen. De AFM heeft het bezwaar ongegrond verklaard en het besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete in stand gelaten. Tegen deze beslissing op bezwaar heeft Van Doorn op 3 november 2017 beroep ingesteld bij de Rechtbank Rotterdam. Op 14 februari 2018 heeft de Rechtbank Rotterdam het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard omdat het te laat was ingediend. Tegen deze uitspraak heeft Van Doorn verzet gedaan. De rechtbank Rotterdam heeft het verzet op 5 juli 2018 ongegrond verklaard. De boete is nu door de AFM definitief opgelegd.
Geef een reactie