DAF-obligatiehouders, verenigd in de stichting FiniDAF, verwijten de toenmalig accountant Ernst & Young dat hij ten onrechte de jaarrekening over 1991 heeft goedgekeurd en eisen een schadevergoeding. EY is van mening dat alleen de obligatiehouders die voor het faillissement van DAF in 1993 stukken in bezit hadden recht hebben op een vergoeding. De Rotterdamse rechtbank heeft die eis afgewezen.
Dat stelt EY in een onlangs gepubliceerde uitspraak van de rechtbank in Rotterdam. Zo meldt het Eindhovens Dagblad. De in de stichting FiniDAF verenigde obligatiehouders hebben een zaak aangespannen tegen EY. Volgens de stichting had de accountant die in 1991 de jaarrekening heeft opgemaakt, moeten weten dat DAF in financieel noodweer zat snel failliet zou gaan. Als de accountant op tijd een waarschuwing had gegeven, zou de financiële schade volgens de obligatiehouders aanzienlijk kleiner zijn geweest.
Momenteel worden de standpunten over deze rechtszaak schriftelijk uitgewisseld. EY heeft onder meer geëist dat de stichting FiniDAF openbaar maakt wanneer en hoe de obligatiehouders hun stukken hebben verkregen. De Rotterdamse rechtbank heeft die eis afgewezen. Uiterlijk op 10 juni zou EY met een inhoudelijk verweer tegen de aanklacht van de obligatiehouders moeten komen.
Geef een reactie