De Nederlandse economie groeit volgend jaar bovengemiddeld, maar het tempo van de groei vlakt af. Dat stelt het Centraal Planbureau (CPB) in de conceptversie van de MEV 2019, de Macro Economische Verkenning. De MEV-cijfers en ramingen voor de economie, de koopkracht en de arbeidsmarkt vormen voor het kabinet het vertrekpunt voor de rijksbegrotingen en de koopkrachtplaatjes voor volgend jaar.
Op Prinsjesdag (18 september) komt de definitieve MEV. De begroting van volgend jaar zal vooral in het teken staan van belastingmaatregelen. Door de lasten te verlichten hoopt het kabinet de koopkracht aan te jagen. Zo wordt de heffingskorting opgekrikt en wordt er een tweeschijvenstelsel doorgevoerd. Voor bedrijven wordt onder andere de vennootschapsbelasting vanaf 2019 in stappen verlaagd. Daarentegen gaat volgend jaar wel het lage BTW-tarief omhoog naar 9 %. De economische groei komt volgend jaar uit op 2,5 %. Dit jaar wordt er een groei van 2,8 % verwacht. De werkloosheid blijft dit jaar en volgend jaar dalen en komt uit op het laagste niveau sinds 2001.
Risico’s
Het Centraal Planbureau waarschuwt dat er steeds meer risico’s zijn voor de Nederlandse economie, vooral veroorzaakt door de internationale situatie. Zo kunnen volgens het planbureau handelsconflicten uitdraaien op een handelsoorlog. Brexit wordt ook gezien als risicofactor. Daarnaast wijzen de economen op de problemen in Turkije, die tot onzekerheid in het eurogebied leiden.
Koopkracht
Mede door de belastingplannen van het kabinet stijgt de mediane koopkracht in 2019 met 1,3 %procent. De laagste inkomens gaan er het minst op vooruit. Ruim 1 op de 10 lage inkomens gaat er zelfs op achteruit. Vooral mensen met een baan gaan erop vooruit (1,4 %), waarvan de topinkomens en alleenverdieners zelfs met 1,5 %. Doorgaans wordt geprobeerd negatieve uitschieters in de koopkrachtcijfers te ondervangen door aanvullende maatregelen te treffen.
Geef een reactie