Diverse Europese landen hanteren al jaren een verlaagd btw-tarief op groente en fruit. Maar Nederland kan die voorbeelden niet zomaar volgen, antwoordt staatssecretaris Van Rij op Kamervragen.
Italië voerde al vijftig jaar geleden een laag btw-tarief in op groente en fruit. Het land maakt onderscheid tussen enerzijds groente en fruit die bewerkt zijn maar niet dusdanig dat ze geschikt zijn voor onmiddellijke consumptie en anderzijds groente en fruit die, na meer complexe bewerking, wel geschikt zijn voor onmiddellijke consumptie. Als groente en fruit vers is, eventueel gesneden, maar zonder toevoeging van suiker geldt het laagste btw tarief van 4 procent. Bevroren producten, samengestelde producten, producten met toegevoegde suiker et cetera worden belast tegen het tarief van 10 procent. Ook Letland en Spanje kennen lagere btw-tarieven voor verse groente en fruit.
Rechter
Van Rij acht een onderscheid zoals in Italië vooralsnog minder geschikt voor de Nederlandse situatie waarbij gezondheidsdoelstellingen onderdeel van de maatregel vormen. Daarnaast geldt dat in de Nederlandse praktijk de afbakening van welke producten onder welk btw-tarief vallen regelmatig aan de rechter worden voorgelegd. Dat leidt er toe dat in Nederland wellicht een scherpere juridische afbakening nodig is dan in andere lidstaten, antwoordt hij op Kamervragen.
Onderzoek loopt
In juli 2022 kondigde Van Rij aan zorgvuldig onderzoek te willen doen naar een btw-nultarief op groente en fruit. Dit onderzoek is in volle gang en wordt uitgevoerd door onderzoeksbureau SEO, in opdracht van het ministerie van Financiën en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. SEO weegt verschillende aspecten (waaronder uitvoerbaarheid) tegen elkaar worden af. Daarbij wordt ook aandacht besteed aan de toepassing van verlaagde btw-tarieven op (bepaalde soorten) groente en fruit in andere lidstaten. Mogelijk biedt dit inzichten in een geschikte (methode van) afbakening voor Nederland, laat Van Rij weten.
Hierin wordt onder meer beschouwd of Nederland bijvoorbeeld een systeem zou kunnen hanteren zoals Italië, dat werkt met een afbakeningsvariant op basis van zogenaamde GN-codes, de nomenclatuur die de douane toepast. De resultaten van dit onderzoek en de conclusies die daaraan worden verbonden zullen naar verwachting begin 2023 worden opgeleverd. Het kabinet benadrukt dat het verstandig is om de conclusies van dit onderzoek af te wachten voordat tot eventuele invoering van een btw-nultarief op groente en fruit wordt overgegaan. De snelste mogelijkheid om via de gebruikelijke begrotings- en besluitvormingsprocessen zorgvuldig een wetgevingstraject te doorlopen is met inwerkingtreding per 1 januari 2024.
‘Majeure operatie’
Van Rij deelt niet de mening dat het uiterst merkwaardig is dat in een aantal EU-landen een verlaagd belastingtarief voor groente en fruit kan worden geregeld en hier in Nederland een duur onderzoek nodig is om erachter te komen wat groente en fruit is. Het invoeren van een btw-nultarief is een majeure opdracht. Daarom is het van belang dat afbakeningsvraagstukken aan de voorkant zo goed mogelijk zijn doordacht zodat de juridische houdbaarheid zo groot mogelijk is.
Download hier de stukken.
Geef een reactie