De NBA wil de manier waarop het toezicht op accountants is ingericht, veranderen. Toetsing van kwaliteit zou meer door de branche zelf moeten gebeuren en toezichthouder AFM moet op grotere afstand komen te staan. Dat schrijft het FD op basis van de vernieuwingsagenda van de NBA, die volgende maand op de ledenvergadering wordt besproken.
Accountantsorganisaties willen de kwaliteit van hun prestaties zelf meten en daar verantwoording over afleggen aan bedrijven, beleggers en politici. De AFM zou die toetsingen dan kunnen gebruiken voor eigen controles. Zo moet beter zichtbaar worden wat de branche eraan doet om de kwaliteit te verbeteren. Volgens het FD lijkt de nieuwe toezichtformule op het systeem van de Belastingdienst, dat gebaseerd is op vertrouwen: wordt een bedrijf vertrouwd, dan is er geen actieve controle meer.
Niet aan de orde
Bij de AFM gaan de handen nog niet op elkaar voor het NBA-plan. Kwaliteitsmetingen door de NBA zijn niet aan de orde volgens de toezichthouder. “De tekortkomingen die wij constateren zijn daarvoor op dit moment nog te groot en te consistent aanwezig.” Maar de AFM staat wel open voor een gesprek over het toezicht. De manier waarop de AFM het toezicht uitoefent, leidde onder meer tot een rechtszaak die eind vorig jaar werd gewonnen door EY en PwC. Aan hen opgelegde boetes werden toen door de rechter geschrapt omdat de AFM het besluit te veel op individuele zaken had gebaseerd.
Inzichtelijk maken van kwaliteit
Volgens NBA-voorzitter Pieter Jongstra is de branche voor het inzichtelijk maken van kwaliteit te afhankelijk van partijen zoals de AFM. “Dat moet veranderen. Binnen drie jaar moet de kwaliteit op orde zijn. Wij willen graag laten zien wat wij doen om dat doel te bereiken”, zegt hij in het FD. Hoe de prestatiemetingen vorm gaan krijgen, is nog niet duidelijk. Wel is het de bedoeling dat de grootste negen kantoren het eerste hun prestaties gaan meten.
Volgens het dagblad reageren (anonieme) deskundigen in de accountancy met wisselend enthousiasme op het voorstel van de NBA, en is er twijfel aan “het zelfreinigend vermogen van de sector”.
Geef een reactie