Toezichthouder DNB gaat vanaf 1 januari volgend jaar in vier gelijke stappen nieuwe rekenregels invoeren voor pensioenfondsen. Daarmee zijn de nieuwe regels, bedoeld om de toekomstige verplichtingen te waarderen, begin 2024 volledig ingevoerd.
Het gaat om de nieuwe parameters voor de Ultimate Forward Rate (UFR). Die wordt sinds 2012 samen met de swaprentes gehanteerd bij het bepalen van de zogeheten rentetermijnstructuur. Eenvoudig gezegd is het een maatstaf voor de rente die pensioenfondsen moeten hanteren om het toekomstig rendement te berekenen. Aan de hand daarvan wordt dan bepaald hoeveel geld de fondsen in kas moeten hebben om aan alle toekomstige verplichtingen te voldoen: hoe lager de UFR, hoe hoger de kapitaaleis kan uitpakken. Dat heeft dan weer een verlagend effect op de dekkingsgraad.
Gewogen gemiddelde
Aanvankelijk stond de UFR op 4,2%, maar de laatste stand (van eind juni) was 1,9%. Tot begin 2024 zal de rentetermijnstructuur worden gebaseerd op een gewogen gemiddelde van de huidige en de nieuwe UFR-parameters, waarbij de gewichten jaarlijks op 1 januari met gelijke stappen aangepast worden. “Deze stapsgewijze invoering zorgt ervoor dat het effect van de nieuwe UFR-methode op de dekkingsgraden van pensioenfondsen zich geleidelijk in de tijd materialiseert.”
Peter K zegt
Er van uit gaande dat de nieuwe regels beter aansluiten bij de realiteit en in merendeel van de gevallen gunstiger zullen uitpakken op dekkingsgraad is het eigenlijk jammer dat de nieuwe rekenregels niet per direct geheel worden ingevoerd.