De AFM heeft een tegenvaller moeten incasseren in de strijd tegen buitenlandse aanbieders van flitskrediet. Die mogen niet op grond van een Nederlandse wet worden aangepakt, oordeelt de voorzieningenrechter in Rotterdam.
De toezichthouder probeert al jaren een eind te maken aan de hoge kosten bij met name aanbieder Ferratum. Wettelijk gezien mag een kredietaanbieder maximaal 10% van het krediet als kosten rekenen op jaarbasis. Bij het Finse Ferratum, ook bekend als Saldodipje (dat dan weer in Spanje is gevestigd), gaan de kosten daar geregeld fors overheen. Flitskredieten zijn relatief kleine leningen die in relatief korte tijd moeten worden teruggestort. Er zitten vaak adders onder het gras, zoals een verplichte snelle garantstelling. Wordt daar niet aan voldaan, dan kan de klant voor boetes en oplopende kosten tot 50% komen te staan.
Regeling aanpak flitskrediet
Sinds 1 januari is de Regeling aanpak flitskrediet van kracht. Andere aanbieders zijn door de AFM beboet voor deze praktijken, maar Ferratum is een buitenlandse partij. De AFM legde ook daar een boete op omdat er vele malen meer kredietvergoeding in rekening werd gebracht dan op grond van het Besluit kredietvergoeding is toegestaan. Maar de kredietaanbieder stapte naar de rechter: de Regeling aanpak flitskredieten is in strijd is met de EU-regels. Beperking van het vrij verkeer mag alleen bij ‘een specifieke financiële dienst die door een bepaalde marktdeelnemer wordt verstrekt’. Algemene beperkende maatregelen voor een gehele categorie van financiële diensten, zoals de Regeling aanpak flitskrediet, mogen dus niet, betoogde de aanbieder.
Eerst EU en andere lidstaat aan de beurt
En de rechter heeft Ferratum in het gelijk gesteld. De voorzieningenrechter overweegt dat een EU-lidstaat die afwijkende maatregelen neemt om het vrije verkeer van diensten te beperken, eerst de Europese Commissie op de hoogte moet stellen en daarnaast de lidstaat van oorsprong van de dienstverlener moet verzoeken maatregelen te nemen. ‘Hij mag de beoogde maatregelen vaststellen indien een passende reactie van de lidstaat van oorsprong uitblijft.’ Los daarvan mag een andere lidstaat alleen afwijken van het vrije verkeer van diensten van de informatiemaatschappij mag afwijken met maatregelen die individueel worden vastgesteld.
Wel algemene maatregel
De rechter is het niet met de AFM eens dat de Regeling aanpak flitskrediet geen algemene maatregel is. ‘De opmerking van de Europese Commissie dat een maatregel […] individueel moet worden vastgesteld voor een specifieke financiële dienst die door een bepaalde marktdeelnemer wordt verstrekt, laat er geen twijfel over bestaan dat een regeling zoals de Regeling aanpak flitskrediet een algemene maatregel is.’ De slotsom is dat Nederland de lidstaat waar de aanbieder gevestigd is, had moeten verzoeken maatregelen te treffen. Dat heeft Nederland niet gedaan. De voorzieningenrechter betwijfelt of de Regeling aanpak flitskrediet wel aansluit op de Europese regels. ‘Gelet hierop ziet de voorzieningenrechter aanleiding het verzoek om voorlopige voorziening van [verzoekster] toe te wijzen en het bestreden besluit te schorsen.’
Rechtbank Rotterdam, 3 maart 2021
Geef een antwoord