Meer dan acht jaar na een reguliere toetsing voldoet het stelsel van kwaliteitsbeheersing van een accountantspraktijk nog niet aan de daarvoor geldende normen. Dit levert een AA de maatregel op van definitieve doorhaling in het accountantsregister voor een termijn van twee jaar. Omdat het aanzien van het accountantsberoep in het geding is en het maatschappelijk verkeer ernstig risico loopt bij de voortzetting van de accountantswerkzaamheden door de AA, wordt de uitspraak uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
Bij een toetsing in 2006 in het kader van de VPPT bleek dat het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing van de accountantspraktijk van een AA niet voldeed aan de algemeen aanvaarde normen voor de beroepsuitoefening. De AA heeft een verbeterplan ingediend dat ook is goedgekeurd door de Raad. In verband met – onder meer – een doorde AA gestelde overname dan wel beëindiging van zijn kantoor en de doorhaling door de AA in het register als accountant-administratieconsulent, is de hertoetsing van de praktijk van de accountant jarenlang telkens uitgesteld. Toen in januari 2014 bleek dat de accountant weer in het register als accountant-administratieconsulent was ingeschreven, heeft de Raad hem medegedeeld dat de hertoetsing van zijn accountantskantoor in maart 2014 zal plaatsvinden.
Hertoetsing
Bij de hertoetsing zijn twee samenstellingsopdrachten, een beoordelingsopdracht en een (vrijwillige) controleopdracht beoordeeld. Uit de hertoetsing bleek het accountantskantoor niet beschikte over een intern stelsel van kwaliteitsbeheersing dat voldoet aan de daarvoor gestelde normen. Uit een oriënterende vragenlijst van de toetsers is gebleken dat de fundamentele beginselen door het accountantskantoor van de AA onvoldoende worden gewaarborgd.
- De klachtenregeling en klokkenluidersregeling zijn niet op de website van het accountantskantoor geplaatst;
- Er wordt niet jaarlijks een schriftelijke bevestiging van onafhankelijkheid aan de medewerkers gevraagd. Dat gebeurde voor het laatst in 2006.
- De meerderheid van stemmen is niet aantoonbaar in het bezit van de beleidsbepaler(s). Er is sprake van een maatschap tussen twee broers waarvan er één accountant is, die (slechts) mondeling is overeengekomen;
- Bij gebrek aan een schriftelijke maatschapsovereenkomst is geheimhouding van de maten niet formeel geregeld;
- Er worden geen OKB’s uitgevoerd en die zijn ook nooit uitgevoerd;
- Het systeem van kwaliteitsbeheersing wordt niet op effectiviteit getoetst;
- Er is geen intern reviewsysteem;
- Het stelsel van kwaliteitsbeheersing wordt niet zichtbaar jaarlijks geëvalueerd;
- De uitkomsten van evaluaties worden niet tenminste jaarlijks met medewerkers gedeeld;
- De vertrouwelijkheid van de gegevens is niet gewaarborgd na het ophouden van de praktijk, omdat er met de voortzettende broer in de maatschap slechts een mondelinge overeenkomst is.
De toetsers hebben bij de hertoetsing eveneens tekortkomingen geconstateerd in het verrichten van de werkzaamheden bij de samenstellingsopdrachten op de onderdelen ‘waarborging fundamentele beginselen’, ‘opdrachtaanvaarding en continuering’, ‘planning’, ‘uitvoering en documentatie’ en ‘afwerking en rapportering’. Ook zijn er tekortkomingen geconstateerd in het verrichten van de werkzaamheden bij de beoordelingsopdracht op de onderdelen ‘waarborging fundamentele beginselen’, ‘planning’, ‘uitvoering en documentatie’ en ‘afronding en rapportering’. Daarnaast zijn er tekortkomingen geconstateerd in het verrichten van de werkzaamheden bij de controleopdracht op de onderdelen ‘opdrachtaanvaarding en continuering’, ‘planning’ en ‘uitvoering en documentatie’.
Uitspraak
Aangezien de accountant niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn kantoor inmiddels wel beschikt over een stelsel van kwaliteitsbeheersing dat voldoet aan de daarvoor geldende normen en hij ook niet echt heeft doen blijken dat hij zich voldoende bewust is van het belang dat zijn praktijk beschikt over een stelsel van kwaliteitsbeheersing dat voldoet aan de daarvoor geldende normen en daar ook daadwerkelijk aan werkt, acht de Accountantskamer het passend en geboden de maatregel van doorhaling op te leggen voor de duur van twee jaar. Omdat het aanzien van het accountantsberoep in het geding is en het maatschappelijk verkeer ernstig risico loopt bij de voortzetting van accountantswerkzaamheden door betrokkene, is hier sprake van zwaarwegende openbare belangen die ertoe nopen deze uitspraak uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Dit betekent dat de opgelegde doorhaling twee dagen na de uitvaardiging door de voorzitter van de Accountantskamer van een last tot tenuitvoerlegging van de uitspraak in gaat.
Procedurenummer 15/131 Wtra AK
Geef een reactie