Het opstellen en bijhouden van een register met bijbanen van hoogleraren voegt niets toe aan de verantwoordelijkheid van de hoogleraren om transparant te zijn over hun nevenfuncties.
Dat schrijft staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën, mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, in de beantwoording van vragen over de belangenverstrengeling van belastinghoogleraren.
Volgens een rapport van Oxfam-Novib is 36% van de hoogleraren accountancy van Nederlandse universiteiten partner is bij één van de vier grote accountantskantoren. De Volkskrant schreef onlangs in een artikel dat driekwart van de hoogleraren belastingrecht en fiscale economie een bijbaan heeft bij een advocatenkantoor of accountantskantoor.
Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening
Wiebes vindt het, vanuit het oogpunt van kenniscirculatie, wenselijk dat hoogleraren nevenfuncties hebben bij advocaten- of accountantskantoren. Dit zorgt ervoor dat onderwijs wordt gegeven door mensen met praktijkervaring en dat vragen uit de praktijk hun weg vinden naar de wetenschap, aldus de staatssecretaris. Hij geeft toe dat het risico op belangenverstrengeling nooit helemaal valt uit te sluiten, maar, zo schrijft hij in zijn reactie, ‘er zijn volgens ons genoeg voorzieningen in het systeem om er voor te zorgen dat hoogleraren hun onafhankelijkheid behouden’.
De staatsecretaris doelt hiermee op de Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening, waar zes principes centraal staan: (1) eerlijkheid en zorgvuldigheid, (2) betrouwbaarheid, (3) controleerbaarheid, (4) onpartijdigheid, (5) onafhankelijkheid en (6) verantwoordelijkheid. Bij “onpartijdigheid” hoort transparantie over nevenfuncties en bij “onafhankelijkheid” hoort transparantie over externe financiers. Hoogleraren dienen hun nevenfuncties ook te vermelden op de website van de universiteit. De besturen van de universiteiten zien erop toe dat de gedragscode wordt nageleefd en de vermelding van nevenfuncties plaatsvindt.
Onafhankelijkheid hoogleraren
In het artikel in de Volkskrant wordt vermeld dat slechts zes hoogleraren belastingrecht in hun loopbaan nooit verbonden zijn geweest aan het bedrijfsleven. Wiebes vindt dat het enkele gegeven dat hoogleraren belastingrecht een verleden hebben in het bedrijfsleven niets zegt over onafhankelijkheid in het heden. ‘Het zegt met name iets over het dynamische fiscale werkveld waarin overstappen tussen de wetenschap, de praktijk en de wetgeving mogelijk is. Het is aan de hoogleraren en de universiteiten om de onafhankelijkheid te waarborgen’.
Instellen landelijk register
Wiebes is niet voor het instellen van een landelijk register met de bijbanen van hoogleraren. Volgens hem voegt zo’n register voegt niets toe aan de verantwoordelijkheid van de hoogleraren om transparant te zijn over hun nevenfuncties. ‘Hoogleraren dienen deze zelf te melden op de website van de universiteit en het is de verantwoordelijkheid van de universiteit om er op toe te zien dat dit ook consequent gebeurt’.
Geef een reactie