Wie een ruimte tegen betaling ter beschikking stelt, kan de uren dat de ruimte niet wordt gebruikt, niet betrekken bij het berekenen van BTW-aftrek. Dat oordeelt de Hoge Raad in een zaak die was aangespannen door een gemeente die sportruimtes verhuurde.
Een gemeente stelt een sporthal en drie gymnastieklokalen gratis ter beschikking voor gebruik aan de basisscholen in de gemeente. Voor de start van elk schooljaar wordt een rooster opgesteld, dat niet volledig gevuld is: er zijn binnen de lestijden van de basisscholen tijdvakken waarin de sportzalen niet worden gebruikt. Sportverenigingen, middelbare scholen en anderen kunnen op die tijdstippen en buiten de lesuren tegen betaling gebruik maken van de sportzalen. Daarmee worden echter niet alle beschikbare uren gevuld.
De gemeente doet aangifte omzetbelasting en brengt voor december 2014 de BTW over de kosten voor de sportzalen gedeeltelijk in aftrek. Het aftrekbare gedeelte is bepaald op basis van een toerekening van de kosten aan de uren waarin de sportzalen voor belaste handelingen worden gebruikt. Uitgangspunt is dat het aantal uren dat de sportzalen tegen vergoeding ter beschikking zijn gesteld wordt gedeeld door aantal uren dat de sportzalen tegen vergoeding ter beschikking zijn gesteld, vermeerderd met de uren van terbeschikkingstelling volgens het scholenrooster.
Correctie
Later verandert de gemeente dat: het aftrekbare gedeelte van de in rekening gebrachte omzetbelasting moet groter zijn, vindt ze. De formule bestaat bij nader inzien uit het aantal uren waarin de sportzalen tegen vergoeding ter beschikking zijn gesteld, vermeerderd met het aantal uren waarin de sportzalen niet ter beschikking zijn gesteld, gedeeld door het totale aantal uren waarin de sportzalen voor gebruik beschikbaar zijn geweest. Aan de Belastingdienst wordt om teruggaaf verzocht. Maar dat verzoek wordt niet gehonoreerd. De niet-benutte uren zouden niet in de berekening moeten worden opgenomen, zo luidt het besluit.
Oordeel hof
Het gerechtshof in Arnhem is het daarmee eens: niet-permanent gebruik van sportzalen is inherent aan de exploitatie van dit type onroerende zaak. De kwestie draait om instandhoudingskosten zoals water, elektriciteit en onderhoud, die een correlatie hebben met de mate van daadwerkelijk gebruik. Daarom is de verhouding tussen het daadwerkelijke aantal uren belaste verhuur en het totale aantal uren daadwerkelijk gebruik van de sportzalen een nauwkeurig en objectief criterium, aldus het hof.
Hoge Raad eens met hof
Voor de Hoge Raad betoogt de gemeente dat in de door het hof goedgekeurde methode niet voldoende nauwkeurig en objectief duidelijk wordt welk deel van de gemaakte kosten werkelijk is toe te rekenen aan de belaste economische activiteiten. Het is ook van belang om de omvang van het (maximale) gebruik voor niet-economische activiteiten te bepalen, vindt de gemeente. Maar de raad sluit zich aan bij het hof: toerekening van de omzetbelasting op basis van de gestelde openingstijden geeft geen beter objectief beeld van de mate waarin de kosten werkelijk zijn toe te rekenen aan de economische activiteiten respectievelijk de niet-economische activiteiten, dan de toerekening aan de hand van de verdeelsleutel die gebaseerd is op de uren waarin de sportzalen aan derden ter beschikking zijn gesteld.
Terugverwijzing
Wel krijgt de gemeente gelijk in het betoog dat het hof niet is ingegaan op de stelling dat er in eerste instantie een fout is gemaakt en dat daardoor te veel belasting is afgedragen. ‘Het hof heeft met zijn oordeel hetgeen belanghebbende heeft aangevoerd, verworpen op grond van de overweging dat de bij de aangifte gehanteerde methode juist is. Daarmee heeft het hof verzuimd in te gaan op de stelling van belanghebbende dat zij die methode verkeerd heeft toegepast en dat die fout gecorrigeerd moet worden.’ De Hoge Raad verwijst de zaak daarom naar het gerechtshof Den Bosch voor een nieuwe behandeling van de stelling dat de gemeente bij de aangifte is uitgegaan van een te hoog aantal uren van beschikbaarstelling aan de basisscholen.
Uitspraak: ECLI:NL:HR:2020:22
Ook interessant voor u! Cursus Sport en BTW op 3 februari a.s. door Mr. dr. Joep Swinkels
Geef een reactie