Een accountants- en adviesgroep stond bij een bedrijfsovername zowel de koper als de verkoper terzijde. De koper was na de deal ontevreden over de aanzienlijke verliezen bij de gekochte bedrijven en klaagde de accountants- en adviesgroep aan. Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat de koper terecht heeft gesteld dat de accountants- en adviesgroep verplicht was haar te waarschuwen als de informatie, die de accountants- en adviesgroep verstrekte, onbetrouwbaar was en verplicht was om haar een due diligenceonderzoek te adviseren, als een dergelijk onderzoek zinvol was. Er is echter door de koper te weinig gesteld voor het oordeel dat de verstrekte informatie onbetrouwbaar was of dat een due diligence zinvol was. Een deel van de klachten van de koper wordt daarmee door het hof gegrond verklaard, maar daar heeft hij uiteindelijk weinig aan.
Miljoenendeal
De koper was al meer dan 35 jaar cliënt van de accountants- en adviesgroep, die hem ook in het verleden al had bijgestaan bij een of meer andere bedrijfsovernames. Sinds medio 2012 verrichtte het accountantskantoor ook werkzaamheden voor de verkoper. De accountants- en adviesgroep bracht de twee partijen bij elkaar met het oog op overname van de vennootschappen van de verkopende partij. In verband hiermee verstrekte de accountants- en adviesgroep financiële informatie over de vennootschappen aan de koper. Na drie ontmoetingen tussen beide partijen in april 2013 werd meegedeeld welke prijs de verkoper vroeg en welke prijs de koper wilde betalen. Er is overeenstemming bereikt over een prijs van ongeveer 1,5 miljoen euro. Voor het bedrijfspand van de verkochte vennootschappen is de prijs vastgesteld op 1,5 miljoen euro en als prijs voor de aandelen van elke vennootschap is telkens € 1,00 afgesproken. De koopovereenkomst werd door beide partijen ondertekend. Voor het financieren van de koopprijs heeft de koper een krediet van Rabobank gevraagd en gekregen. De levering van het bedrijfspand en de aandelen vond plaats op 3 juli 2013. In de maanden daarna leden de vennootschappen aanzienlijke verliezen.
Verwijten
De koper spande daarna een rechtszaak aan tegen de accountants- en adviesgroep. In hoger beroep bij het hof komen de verwijten van de koper aan de accountants- en adviesgroep erop neer dat de informatie die de accountants- en adviesgroep aan hem heeft verstrekt over de vennootschappen met het oog op de overname daarvan, onjuist en/of onvolledig was en dat de accountants- en adviesgroep niet heeft gewezen op de noodzaak van een onderzoek om betrouwbare informatie te verkrijgen.
Het hof overweegt dat deze verwijten de vraag voorleggen of de verstrekte informatie onjuist en/of onvolledig was en of er een noodzaak van een (aanvullend) onderzoek was, en, indien dit het geval was, of door het verstrekken van onjuiste en/of onvolledige informatie en/of het achterwege blijven van het onderzoek schade is geleden. Essentieel bij dit laatste is of de koper bij juiste en volledige informatie of na onderzoek van de koop zou hebben afgezien, zoals zij stelt. Het hof bespreekt echter eerst of en in hoeverre de accountants- en adviesgroep jegens de koper verplicht was om betrouwbare informatie te verstrekken en te wijzen op de noodzaak van een (aanvullend) onderzoek. Dit onderzoek is aangeduid als due diligence.
Maatstaf
Het hof wijst in dit verband op het volgende. De maatstaf om te beoordelen of de accountants- en adviesgroep is tekortgeschoten, is of de accountants- en adviesgroep heeft voldaan aan hetgeen in de gegeven omstandigheden van een redelijk bekwaam en redelijk handelend accountant en fiscalist mocht worden verwacht. Wat van de accountants- en adviesgroep mocht worden verwacht moet worden bezien in het licht van het feit dat het ging om een overname, dat de accountants- en adviesgroep niet over de koopprijs zou adviseren, maar dat de koper wel erop mocht vertrouwen dat de accountants- en adviesgroep over haar belang zou waken, zoals de accountants- en adviesgroep gewoon was te doen als adviseur van de koper, en dat de koper mocht vertrouwen op de juistheid van de informatie over de te kopen partij die de accountants- en adviesgroep in het kader van de overname aan de koper verstrekte, tenzij de accountants- en adviesgroep de koper had gewaarschuwd dat de informatie onbetrouwbaar was.
Daaruit volgt het volgende. De accountants- en adviesgroep wist of moest weten dat de koper voor informatie over de vennootschappen afhankelijk was van de informatie die de accountants- en adviesgroep aan hem verstrekte. Zij wist tevens, of moest weten, dat deze informatie voor de koper van belang was voor de beslissing over de overname en de prijs. Uit de stellingen van partijen en uit getuigenverklaringen blijkt dat de accountants- en adviesgroep zelf de informatie op- of samenstelde. De accountants- en adviesgroep wist dus waarop deze informatie was gebaseerd.
In aanmerking genomen wat van de accountants- en adviesgroep in de gegeven omstandigheden, waaronder de aard van de relatie waarin zij tot de koper stond, mocht worden verwacht, schoot de accountants- en adviesgroep jegens de koper tekort als zij wist of moest weten dat de informatie die zij verstrekte niet betrouwbaar was, maar zij de koper daarop niet heeft gewezen of daarvoor heeft gewaarschuwd. Een algemene vermelding op of onder de stukken dat geen accountantscontrole was toegepast, volstond in de gegeven omstandigheden niet. Als de accountants- en adviesgroep met een dergelijke vermelding de koper had willen waarschuwen voor de onbetrouwbaarheid van de informatie, had zij vanwege haar zorgplicht zich ervan moeten vergewissen dat de koper deze vermelding ook als zodanig begreep. Te meer omdat gesteld noch gebleken is dat de accountants- en adviesgroep redelijkerwijs mocht menen dat de koper ermee rekening hield dat de informatie die de accountants- en adviesgroep verstrekte, onbetrouwbaar was of kon zijn. Gesteld noch gebleken is dat de accountants- en adviesgroep zich hiervan heeft vergewist.
In het verlengde hiervan ligt het oordeel dat de accountants- en adviesgroep ook tekortschoot als zij reden had om aan te nemen dat een due diligence meerwaarde had of kon hebben en zij de koper daarop niet heeft gewezen. Hierbij neemt het hof mede in aanmerking dat, zoals niet of onvoldoende is weersproken, een due diligence gebruikelijk is bij overnames als de onderhavige. Het komt er dus kort gezegd op neer dat de accountants- en adviesgroep aan de koper geen advies behoefde te geven over de prijs, maar wel erop moest toezien dat de koper goed geïnformeerd tot een weloverwogen beslissing over de overname kon komen.
Betrouwbaarheid verstrekte informatie & noodzaak of wenselijkheid due diligence
Het hof komt echter uiteindelijk tot de conclusie dat hetgeen de koper naar voren heeft gebracht, niet toereikend is om te oordelen dat de informatie die de accountants- en adviesgroep aan hem heeft verstrekt met het oog op de overname van de vennootschappen onjuist of onvolledig was.
Ook heeft de koper te weinig aangevoerd om te oordelen dat een due diligence in dit geval zinvol zou zijn geweest en de accountants- en adviesgroep om die reden een due diligence had moeten adviseren.
Ook als een due diligence in het algemeen gebruikelijk is bij een overname als de onderhavige, mag van de koper worden verwacht dat zij kan aangeven welke specifieke risico’s bij een dergelijk onderzoek zouden zijn onderkend, die zij vooraf niet had onderkend en die van belang waren voor haar beslissing over de overname. Indien van dergelijke risico’s sprake was, en die risico’s zich later hebben gerealiseerd, moet de koper daarmee immers bekend zijn geraakt na de overname. Als die risico’s zich niet hebben gerealiseerd, heeft de koper geen nadeel ondervonden van het achterwege blijven van een due diligence.
De koper heeft in hoger beroep niet of onvoldoende concreet aangegeven welke inzichten een due diligence zou hebben opgeleverd over risico’s die niet vooraf waren onderkend en die van belang waren voor haar beslissing over de overname.
De conclusie is dan ook dat voor de verwijten die de koper maakt over het niet-nakomen van de verplichtingen uit hoofde van het opgedragen werk, geen toereikende feitelijke grondslag is gesteld of gebleken. De koper heeft terecht gesteld dat de accountants- en adviesgroep verplicht was haar te waarschuwen als de informatie, die de accountants- en adviesgroep verstrekte, onbetrouwbaar was en om haar een due diligence te adviseren, als een dergelijk onderzoek zinvol was. Er is echter te weinig gesteld voor het oordeel dat de verstrekte informatie onbetrouwbaar was of dat een due diligence zinvol was.
Geef een reactie