
Lodewijk Pincoffs was in de negentiende eeuw een van de meest spraakmakende figuren van Rotterdam. Een visionair ondernemer, liberaal politicus, journalist, havenbouwer en weldoener. Maar bovenal werd hij bekend als de man die ten val kwam door een van de grootste fraudezaken uit de Nederlandse geschiedenis.
Visionair
Pincoffs (1827-1911) was de zoon van een Joodse koopman uit Rotterdam. In 1850 richtte hij samen met zijn zwager de firma Pincoffs & Co. op, die al snel uitgroeide tot een belangrijke speler in de handel op Afrika. In die tijd begon Rotterdam zich te ontwikkelen tot een havenstad van betekenis. Maar de bestaande havens aan de noordkant van de Maas raakten overvol. Pincoffs had een visie: de stad moest uitbreiden naar de overkant van de rivier. In 1872 richtte hij samen met enkele medestanders de Rotterdamsche Handelsvereeniging (RHV) op. Dit bedrijf moest de economische motor worden achter de aanleg van nieuwe havens en industrieterreinen op de linker Maasoever – wat nu Rotterdam-Zuid is.
Pincoffs kreeg het voor elkaar om miljoenen guldens aan investeringen aan te trekken. In 1873 werd de Entrepothaven aangelegd, gevolgd door het Rijnspoor, een verbinding met het Duitse achterland. Er verrezen loodsen, pakhuizen, dokken en spoorlijnen. Wat nu als vanzelfsprekend wordt gezien – Rotterdam als wereldhaven – was toen een gewaagde gok, en Pincoffs stond aan de wieg ervan. Maar achter het indrukwekkende succesverhaal lag een financieel moeras.

Afrika
Pincoffs had namelijk niet alleen de RHV opgericht, maar ook de Afrikaansche Handelsvereeniging (AHV), een onderneming die zich bezighield met de handel op West-Afrika. Hoewel de AHV op papier winstgevend leek, was de realiteit anders: slechte oogsten, corruptie in de koloniën, concurrentie en hoge kosten zorgden ervoor dat het bedrijf diep in de schulden raakte. In plaats van openheid van zaken te geven, begon Pincoffs te schuiven met geld. Hij liet de RHV geld lenen aan de verlieslijdende AHV om de balans op te poetsen, zonder dat aandeelhouders of toezichthouders daarvan op de hoogte waren. Ook vervalste hij jaarrekeningen, verstrekte zichzelf leningen zonder toestemming van de directie en gebruikte nieuwe investeringen om oude gaten te dichten – een praktijk die later zou worden aangeduid als een Ponzi-achtige constructie.
Zes miljoen
In mei 1879 stortte het kaartenhuis in. De AHV kon haar schulden niet meer betalen, en bij een controle van de boeken kwam de omvang van de fraude aan het licht. De schade werd geschat op zes miljoen gulden – een astronomisch bedrag voor die tijd. Beleggers, zakenpartners en banken zagen hun geld verdampen. Rotterdam was in shock. Pincoffs vluchtte halsoverkop met zijn gezin naar New York. In de Verenigde Staten werd hij later bij verstek veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf voor oplichting en valsheid in geschrifte.
Geen opzet?
In New York probeerde Pincoffs een nieuw bestaan op te bouwen. Hij werkte als journalist, schreef boeken over economie en bleef zich mengen in het publieke debat. Maar zijn reputatie was voorgoed beschadigd. Tot zijn dood in 1911 leefde hij in betrekkelijke anonimiteit, al gaf hij nooit toe dat hij opzettelijk had gefraudeerd. In zijn autobiografische geschriften noemt hij zijn ondergang een tragisch gevolg van “te grote ambities” en “gebrekkig toezicht”, maar geen opzet.
Eerherstel
In 2022 verscheen een podcast over het ontstaan van het accountantsberoep in Nederland. De eerste aflevering ging over Lodewijk Pincoffs. Zijn fraude was de directe aanleiding om werk te maken van het serieus controleren van jaarrekeningen. Lange tijd bleef Pincoffs naam besmet in Nederland, maar vanaf de jaren negentig van de vorige eeuw heeft er eerherstel plaatsgevonden. Naar Pincoffs zijn een straat, plein, brug en hotel vernoemd in Rotterdam. Ook is er een standbeeld. Het is een mooi voorbeeld dat de geschiedenis steeds opnieuw geschreven wordt. Van fraudeur werd Pincoffs ook de man die de Rotterdamse haven groot maakte.
De foto werd ons toegestuurd door Accountant Erik-Jan Kreuze. Dit artikel is grotendeels gebaseerd op het zeer lezenswaardige boek van Roel Janssen: Grof geld. Financiële schandalen en speculatie in Nederland uit 2011.

Geef een reactie